Gemeente Breda Raadsvoorstel vervolg Registratienummer 4566 bedrijventerrein rijdt. De aanleg van de ontsluitingsweg heeft als gunstig neveneffect, dat aan de wegzijde de op te richten (woon)bebouwing verder is weggelegen dan voorheen het geval was, aangezien voorheen tot op de perceelsgrens kon worden gebouwd. Dit voordeel kan echter het nadeel van de aanleg en het gebruik van de ontsluitingsweg direct naast de woning van aanvraagster niet compenseren. Een ernstige aantasting van de privacy acht de schadebeoordelingscommissie niet aannemelijk, gelet op de oriëntatie van de woning op de Strijbeekseweg De schadebeoordelingscommissie concludeert, dat zich ten aanzien van de woning van aanvraagster een planologisch nadelige mutatie heeft voorgedaan, waaruit schade is voortgevloeid in de vorm van waardevermindering, die in principe op basis van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor vergoeding in aanmerking komt. Ten aanzien van de beoordeling van de grootte van de waardevermindering voor het pand van aanvraagster wordt het volgende opgemerkt. Een willekeurige gegadigde zou zijn prijs voor de woning zonder de aanwezigheid van de gewraakte bebouwingen bijbehorende ontsluitingsstructuur op een hoger bedrag gesteld hebben dan de prijs die hij/ zij bereid is te betalen nu er na de vaststelling van het bestemmingsplan "Chaamseweg-Chaamsebaan" bedrijfsbebouwing kan worden opgericht. Deze waardedrukkende werking welke van genoemde bebouwing op de woning aan de Strijbeekseweg 11 uitgaat is, naar de opvatting van de schadebeoordelingscommissie, te stellen op een bedrag van fl. 35.000,-- (vijfendertigduizend guldens). Aangaande de gevraagde vergoeding van deskundigenkosten merkt de schadebeoordelingscommissie op, dat kosten van specifiek rechtskundige bijstand in elk geval vallen buiten het bereik van de in het kader van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening te vergoeden kosten van bijstand. Daarnaast laat uw gemeenteraad zich adviseren ter voorbereiding van uw besluitvorming door de schadebeoordelingscommissie, die zowel deskundig als onafhankelijk is. Deze schadebeoordelingscommissie adviseert of het verzoek om vergoeding van planschade gegrond is en zo ja, wat de hoogte van de planschade is. Het is dus niet noodzakelijk, dat door een verzoeker om vergoeding van planschade kosten worden gemaakt ter zake van deskundige bijstand. De schadebeoordelingscommissie ziet geen aanleiding te adviseren, de namens belanghebbende gevraagde vergoeding van deskundigenkosten te honoreren. Consequenties Financieel De financiële consequenties kunnen als volgt worden geraamd: - Planschadevergoeding: fl. 35.000,-- - Wettelijke rente (geschat) fl. 2.333,96 - Verhaalsmogelijkheid f137.333,96 Totaalnihil Juridisch Tegen het raadsbesluit kan ingevolge de Algemene Wet Bestuursrecht bezwaar en beroep worden ingesteld. -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 1091