Gemeente Breda Raadsvoorstel vervolg Registratienummer 44 04 voorontwerp-bestemmingsplan en dat nu plotsklaps deze mogelijkheid alsnog wordt opgenomen Voorts vrezen reclamanten dat, indien ook andere eigenaren alsnog bebouwing willen op hun percelen, de openheid geheel wordt aangetast en er van de fraaie stadsrand niets meer openblijft. Tenslotte voeren enkele reclamanten aan dat de voorgestelde bebouwing een inbreuk geeft op de privacy vanwege bijvoorbeeld inkijk in de woning. Motivering De ontwikkelingslocatie is opgenomen naar aanleiding van een daartoe ingekomen verzoek voor kavelsplitsing op grond van het vigerende bestemmingsplan "Mariaveld- Wolfslaar 1977". Kavelsplitsing is mogelijk indien de oppervlakte van het bouwperceel tenminste 1000 m2 en de breedte tenminste 25 meter is. Van beide voorschriften is vrijstelling mogelijk op grond van de artikelen 3.1. lid 4 sub a en artikel 27, lid 1 sub b van het betreffende bestemmingsplan. Op 14 april 1998 heeft het college van burgemeester en wethouders aan de aanvrager vrijstelling verleend op grond van deze genoemde artikelen. Een bouwaanvraag is (nog) niet ingediend en vanwege het besluit van 14 april 1998 is de genoemde locatie opgenomen als ontwikkelingslocatie 23. De ontwikkelingslocatie is niet eerder gepresenteerd vanwege het feit dat de inspraakavonden reeds in juni en juli 1997 hebben plaatsgevonden en het verzoek om vrijstelling op grond van het vigerende bestemmingsplan in maart 1998 is ingekomen. In het kader van de tervisielegging van het ontwerp-bestemmingsplan moet het particuliere belang van de aanvrager van het verzoek om vrijstelling afgewogen worden tegen de belangen van de omwonenden welke zijn kenbaar gemaakt middels het indienen van de zienswijzen en het algemeen belang van een goede ruimtelijke ordening Bij het vaststellen en heroverwegen van het beleid in het bestemmingsplan Breda-Zuid is verdichting van de stadsrand, als afronding van het stedelijk gebied en overgang naar het landelijk gebied, geen uitgangspunt geweest. De grote kavels en ruime opzet vormen in stedenbouwkundig oogpunt een zeer fraaie afronding van deze stadsrand. De verdichting van perceel Valentijnlaan 24 vormt, vanuit de stedenbouwkundige en architectonische opzet een verstoring van deze stadsrand, terwijl dit bovendien leidt tot rechtsongelijkheid nu omwonenden procedureel gezien geen beroep meer kunnen doen op een dergelijke kavelsplitsing. Bebouwing op het gewenste deel van het perceel geeft een minimale afstand tot de perceelsgrenzen en zal op een kleine afstand van de bestaande gebouwen komen te liggen. Voorts zal bebouwing niet bijdragen tot een versterking van de aanwezige landschappelijke kwaliteit. Anderzijds geeft het vigerende bestemmingsplan de mogelijkheid tot kavelsplitsing en bebouwing en de aanvrager heeft op een juiste wijze hierop en op de mogelijkheid van het verlenen van vrijstelling een beroep gedaan. Gezien de inhoud van de bezwaren en het feit dat ook het bestemmingsplan vanuit een goede ruimtelijke en planologische invalshoek niet als uitgangspunt heeft verdichting van deze stadsrand, vinden wij in het kader van deze heroverweging dat het algemeen belang van de bezwaarmakers en daarmee het behoud van de fraaie -10-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 1203