Gemeente Breda
-19-
Raadsvoorstel vervolg
Registratienummer 4404
verloren gaan van de rust door drukte van personen en voertuigen nu al het verkeer
vanaf deze locatie door de Ploegstraat afgewikkeld zal gaan worden. Hoe zal aan de
"kwaliteit van de toegang" aandacht besteed worden?. Mevrouw vraagt zich af hoe hoog
het realiseren van een eventuele kap mag zijn, nu een goothoogte van 3 meter daar
niets over regelt.
Ten aanzien van de opgenomen wijzigingsbevoegdheid naar wonen in het noordelijk deel
van het gebied waar nu de bestemming "Bedrijfsdoeleinden B" is opgenomen, vraagt
reclamant zich af waarom hier een goothoogte van 4 meter als randvoorwaarde geldt in
afwijking van de goothoogte van 3 meter op de ontwikkelingslocatie.
De heer V.d. Enden merkt op dat het slopen van een van de panden van de nrs70-72
en 72a een aantasting betekent van het aangezicht van de straat en vraagt tevens of
de lindeboom voor nr. 72a zal verdwijnen.
Mevr. V. d. Heyden
Ook Mevr. v.d. Heyden maakt ernstige bezwaren tegen de gevolgde inspraakprocedure en
stelt dat zij tegengewerkt is in de betrokkenheid bij de planvorming. Toegezegd zou
zijn dat wijzigingen in de planvorming zouden leiden tot een inspraakavond, terwijl
"slechts" een informatieavond op 18 februari 1998 heeft plaatsgevonden.
Inhoudelijk vindt reclamant de bouw van 12 woningen op het terrein te veel, gezien
de haars inziens beperkte ruimte op het terrein. De afstand tot de bestaande
woningen is zodanig krap dat een kapconstructie niet gerealiseerd kan worden,
terwijl de voorschriften deze mogelijkheid wel opnemen. Plaats voor een
kinderspeelplaats is er derhalve in haar ogen ook niet.
De parkeervoorzieningen op het eigen terrein zijn te summier om extra parkeerdruk in
de Ploegstraat te voorkomen. Uitgegaan moet worden van een norm van 1,3 auto's per
huishouden, terwijl het schetsplan gelegenheid biedt tot parkeren op eigen terrein
van slechts 1 auto.
Reclamant merkt voorts op dat in het plan een voorgevelrooilijn opgenomen dient te
worden o.a. in verband met de nieuw aan te leggen weg achter de huidige bebouwing;
over de toegangswegen is het plan overigens erg vaag.
Voor het terrein met de wijzigingsbevoegdheid is de eis van parkeren op eigen
terrein niet opgenomen, hetgeen reclamant ontoelaatbaar vindt nu de
verkeerscirculatie op het binnenterrein nog niet bekend is.
Motivering
In het kader van het ontwerp-bestemmingsplan hebben vele inspraak- en
informatieavonden plaatsgevonden. Voor de onderhavige locatie is, na de presentatie
van het voorontwerp-bestemmingsplan, een verzoek binnengekomen voor ontwikkeling van
het terrein. Dit voornemen is kenbaar gemaakt in de "nota van wijzigingen"
vastgesteld op 20 januari 1998 en voor een ieder ter inzage gelegd. Vervolgens is op
18 februari 1998 een informatieavond georganiseerd waarin o.a. deze locatie met de
door de gemeente voorgestelde randvoorwaarden werd gepresenteerd. Naar aanleiding
van vele bezwaren en opmerkingen heeft apart overleg met verschillende
belanghebbenden plaatsgevonden, o.a. enkele malen met reclamant mevr. Van der
Heyden, en is de locatie ter plekke bezocht.
Voorts is aan alle procedurele voorwaarden voldaan, reden waarom wij vinden dat de