Gemeente Breda Raadsvoorstel vervolg Registratienummer 44 04 storend hoeft te zijn voor de bedrijfsvoering en voor de aanpalende percelen en wij hebben derhalve besloten de bouw van 1 vrijstaande woning toe te staan middels het opnemen van een ontwikkelingslocatie. Wel zal de hoogte van de te bouwen woning beperkt moeten worden tot 1 bouwlaag vanwege bescherming privacy van de zojuist gerealiseerde appartementen aan de Olympiastraat/hoek Gen. Maczekstraat en aangrenzende woningen. Op grond van bovenstaande overwegingen achten wij de ingediende zienswijze derhalve gegrond 318. A.A.P.M. Snoek Samenvatting Reclamant heeft bezwaar tegen de binnen de bestemming "Gemengde Doeleinden GD" opgenomen ontwikkelingslocatie 2: hoek Ginnekenweg-Kalishoek. Reclamants bezwaar richt zich tegen de toegestane goothoogte van 9 meter, waarbij nog een kapconstructie toelaatbaar is. Het huidige pand domineert reeds het gehele straatbeeld en gevreesd wordt dat dit erger wordt middels de genoemde hoogte. Het perceel Ginnekenweg 2 75, liggend naast de ontwikkelingslocatie, is een rijksmonument en is het waard in het zicht te blijven liggen. Reclamant pleit dan ook voor een geleidelijke overgang naar het voorterrein van de Ginnekenweg 275, middels het opnemen van het voorschrift dat naast het pand 275 een bouwhoogte van 2 bouwlagen is toegestaan welke 3 meter van de erfafscheiding komt te liggen. Motivering Voor dit gedeelte van de Ginnekenweg is overal een minimum goothoogte van 6 meter en een maximum van 9 meter toegelaten. Uit nadere bestudering van de randvoorwaarden van de ontwikkelingslocatie blijkt dat aan de zijde van reclamants perceel een bebouwing van circa 12 meter als zijgevel niet uitgesloten is. Wij zijn met reclamant eens dat dit een te grote beperking kan opleveren voor het zicht van reclamant naar deze zijde van de toekomstige bebouwing. Derhalve zal als randvoorwaarde opgenomen worden een maximale goothoogte van 8 meter te realiseren aan alle zijden van de bouwgrenzen. Een dak(opbouw) op zich behoort dan nog wel tot de mogelijkheden doch deze zal slechts terugliggend of in het binnengedeelte van het gebouw gerealiseerd kunnen worden. Voor het overige is het nieuwe pand gesitueerd aan de noordzijde, waardoor nauwelijks sprake zal zijn van een verminderde bezonning en voorts blijft reclamants pand als karakteristiek pand, bezien vanuit de Ginnekenweg conform de bestaande situatie in het zicht liggen. Op grond van bovenstaande overwegingen achten wij de ingediende zienswijze derhalve gegrond ten aanzien van de hoogte. 319. (wijlen) Hr. R.J. Stoutjesdijk Samenvatting De zienswijze is gericht op de locatie Leistraat. Reclamant deelt in zijn zienswijze mede dat een plan uitgewerkt gaat worden voor een mogelijke andere invulling van het terrein en hoopt daarmee een constructieve bijdrage te leveren aan de verbetering -33-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 1226