>w
Gemeente Breda
Agendapuntnummer 1998/238
Raadsvoorstel
Registratienummer 5111
Dienst/afdeling RME/PM
Aantal bijlagen
Betreft: Uitbreiding stadskantoren.
Inleiding
Door de herindeling per 1 januari 1997 zijn de deelstadskantoren in de voormalige
partnergemeenten als huisvesting voor zowel frontoffice als back-office-aktiviteiten
in bedrijf gebleven.
Het ambtelijk apparaat is thans gespreid gehuisvest. Een deel van de dienst Cultuur
is onlangs verhuisd naar Chassé Carré. De dienst SAW is deels in de Vlaszak, deels
in het stadskantoor II en deels in deelstadskantoren gehuisvest. Verder zijn daar
verschillende afdelingen als Belastingen en Landmeten gehuisvest. De gespreide
huisvesting is een belemmering voor een gezonde organisatieontwikkeling en leidt tot
inefficiency. Het samenbrengen van diensten die thans gehuisvest zijn in
stadskantoor I en II heeft op het terrein van integratie en samenwerking zijn
meerwaarde reeds bewezen. Bij voortzetting van het gebruik van het gebouw aan de
Vlaszak en de drie deelstadskantoren moeten daar aanzienlijke investeringen
plaatsvinden. Enerzijds vanwege aanzienlijk achterstallig onderhoud, anderzijds om
de gebouwen geschikt te maken als deelstadskantoorEerste ramingen wijzen op
noodzakelijke investeringen tot een bedrag van 20 miljoen.
Door de planvorming rond het Chasséterrein is de discussie over de noodzaak en
haalbaarheid van een derde stadskantoor in een versnelling geraakt. Het definitief
ontwerp van het Chassé Park is vastgesteld. Het proces gaat voorspoedig door. Het is
nu de gelegenheid om te kiezen voor inpassing van een stadskantoor III in dit park.
Bij het definitief ontwerp van het Chassépark (raadsbesluit 26 maart 1998) is aan de
noordzijde een kantoren-zone opgenomen ter afscherming van de aanwezige
kantoorbebouwing aan de Claudius Prinsenlaan en het expeditiegebied van het Theater
aan de noordzijde van het gebied. In het voorstel is aangegeven dat een definitieve
invulling van deze zone (hetzij via een uitbreiding van de gemeentelijke
kantoorfunctie, hetzij middels een invulling door de Chassé CV) afhankelijk is
gesteld van een onderzoek naar de mogelijkheid en wenselijkheid van een uitbreiding
van de stadskantoren.
Op basis van deze gegevens is door ons college op 23 september 1997 opdracht gegeven
aan de Bestuursdienst om een haalbaarheidsstudie uit te voeren naar centrale
huisvesting van de backoffice middels uitbreiding van het stadskantorencomplex
Deze haalbaarheidsstudie is ter bespreking aan de orde geweest in de commissie
Middelen van 17 september 1998.
De commissie Middelen heeft ingestemd met het in procedure brengen van een pré
advies, waarbij nadrukkelijk aandacht is gevraagd voor een aantal elementen:
- de fasering van de besluitvorming en de hieraan gekoppelde go/ no-go momenten;
- de relatie met de evaluatie van de front-office activiteiten, zowel in de
meldpunten als in de deelstadskantoren;
- de beheersbaarheid van realisatie door de gemeente zelf;
-1-
