Het NMP 3 staat voor een voortzetting van het in gang gezette milieubeleid. Voor lokale overheden
verwacht het NMP3 wel enige verandering. De belangrijkste ontwikkelingen volgens het NMP3 zijn:
Meer beleidsruimte voor lokale overheden. Meer vrijheid maar ook meer verantwoordelijkheid voor
gemeenten;
Een verbetering in de regie en de samenwerking nissen handhavende instanties is noodzakelijk;
Overheden gaan steeds meer werken met algemeen geldende voorschriften in plaats van met
vergunningen. Bedrijven krijgen meer ruimte om hun eigen weg te kiezen. De aanpak per
individueel bedrijf zal verschuiven naar een meer integrale aanpak in groter verband, zoals in een
bedrijfstak, bedrijventerrein of productieketen;
De rijksoverheid ontwikkelt nieuwe instrumenten die passen bij het flexibeler omgaan met doelen,
het leveren van maatwerk en het meer integreren van milieu in andere beleidsterreinen, zoals
economie en ruimtelijke ordening.
De rijksoverheid verwacht van de andere overheden dat in partnership het milieubeleid wordt uitgevoerd.
De onderlinge verwevenheid van de activiteiten van verschillende overheden noodzaken hiertoe. (Zo is
bijvoorbeeld het gemeentelijk beleid voor de stedelijke luchtkwaliteit en geluid afhankelijk van de resultaten
van het beleid van het rijk voor schone en stille auto's.)
Het NMP3 verwacht tenslotte van de overheid dat ze het juiste voorbeeld geeft. Dat betekent dat ook
gemeenten uitvoering geven aan een milieuzorgsysteem.
Op deze ontwikkelingen en verwachtingen speelt Breda al enkele jaren in. Het bedrijvenbeleid "Milieu in
Bedrijf" sluit hier naadloos op aan, verder is Breda bezig met de invoering van interne milieuzorg en krijgt
ook de integratie van milieu in andere beleidsterreinen de aandacht. Het NMP3 is een bevestiging van de
door Breda ingeslagen weg.
2
