2.1. Thema's
2.1.1. Energie
Doelstelling
De GMP2 strategie voor het thema "Energie" spitst zich toe op de terugdringing van het energiegebruik en
het toepassen van duurzame energiebronnen. De redenen voor die doelen liggen in het voorkomen van
klimaatverandering en in het zuinig omgaan met onze natuurlijke hulpbronnen
In 1998 is in samenwerking met de PNEM een meerjarenuitvoeringsprogramma Energie vastgesteld. Een
korte weergave van de inhoud van het meeijaren-energie-uitvoeringsprogramma is als bijlage bij dit
Milieuprogramma gevoegd. Het Milieuprogramma 1999 geeft het gemeentelijk aandeel van het gezamenlijke
programma weer. (Zie ook het projectenprogramma.)
Stand van zaken, ontwikkelingen en vooruitblik
Op de internationale klimaatconferentie in Kyoto heeft Nederland zich verbonden aan de doelstelling om in
2010 6% kooldioxidereductie te hebben bereikt ten opzichte van het verbruik in 1990. In 1997 lag de
uitstoot van kooldioxide 11% hoger dan in 1990 (bron: Milieubalans 1998 RIVM). Deze toename wordt
geweten aan de sterke economische groei. De uitstoot van kooldioxide door het wegverkeer steeg met 3%.
Energiebeleid is de afgelopen jaren fors in de steigers gezet. Uit de milieumonitor (zie milieuverslag 1997)
blijkt dat het verbruik van energie door huishoudens een enigszins dalende tendens vertoont. Gesteld kan
worden dat de relatie tussen economische groei en huishoudelijk energieverbruik in Breda is ontkoppeld.
Voor de komende jaren gaat het erom deze tendens vast te houden en te versterken zodat er sprake is van
een structurele ontkoppeling. Ook moet worden geprobeerd deze ontkoppeling te bereiken bij de industrie en
bij de kooldioxide-uitstoot door het wegverkeer. Verder is het van belang dat de inzet van duurzame
energiebronnen wordt gerealiseerd.
De belangrijkste ontwikkeling op energiegebied is de verdergaande liberalisering van de energiemarkt. De
rol van de gemeente verandert daardoor. De samenwerking tussen gemeente en PNEM is voor de PNEM
geen doelstelling meer. De PNEM heeft aangekondigd de verplichtingen op basis van de gezamenlijke
intentieverklaring te zullen nakomen. Na afloop van de geldingsduur in 2000 wordt de samenwerking
opnieuw bekeken. Daarnaast bestaat de mogelijk om met andere energieleveranciers samenwerking aan te
gaan.
Regulier werk
Voortzetting van het in gang gezette energiebeleid. Duidelijk positie kiezen in de geliberaliseerde energie
markt. Meer aandacht voor de uitstoot van kooldioxide door wegverkeer. In 1998 is een verlichtings
structuurplan opgesteld waarin aandacht wordt besteed aan beperking van het energiegebruik door de
openbare verlichting. Ook is daarbij aandacht voor milieuvriendelijk materiaalgebruik en beheer van de
verlichtings-infrastructuur.
Projecten
Diverse waaronder:
Energieteam
Zonneboilers
Windmolen De Kroeten
Verbetering industriële warmtebenutting
Duurzame energie gemeentelijke gebouwen
Energievisie bestaande stad
2.1.2. Verkeer en Vervoer
Doelstelling
4