Gemeente Breda
wm
Agendapuntnummer 1998/291
Raadsvoorstel
Registratienummer 5464
Dienst/afdeling CON/JZ
Aantal bijlagen
Betreft: Bezwaren van S. Schokker e.a. tegen vrijstelling voor aanleg eerste fase
Westerparklaan
Inleiding
Op 23 juli besloot uw raad om met toepassing van artikel 19 van de Wet op de
Ruimtelijke Ordening vrijstelling te verlenen van de bestemmingsplannen "Heilaar-
Steenakker" en "Princenhage Noord 1966" voor de aanleg van de eerste fase van de
Westerparklaan en de verbindingsweg met de Heilaarstraat. Een aantal omwonenden
maakt daartegen bezwaar. Zij menen dat de maximaal toegelaten geluidsbelasting zal
worden overschreden en dat er een oneigenlijk gebruik is gemaakt van voornoemd
artikel 19 of dat de urgentie voor dat gebruik niet nader is onderbouwd. De
commissie voor bezwaar- en beroepschriften heeft op 28 oktober een hoorzitting
gehouden en het verslag daarvan is op de gebruikelijke wijze bij de stukken ter
inzage gelegd.
Aan het gedeelte van het bestemmingsplan "Heilaar-Steenakker", waarin de
hoofdontsluitingsweg voor dit gebied, de Westtangent is opgenomen, is bij Koninklijk
Besluit goedkeuring onthouden. Dat hield verband met onzekerheid over de aanleg van
het noordelijk deel daarvan door de komst van de HSL met zijn toegangsbogen naar het
station Breda en onzekerheid over de financiering/subsidies. Het zuidelijk deel van
de Westtangent achtte de Kroon echter wel financieel haalbaar en in de vorm van een
weg met twee rijstroken ook aanvaardbaar. De enige reden waarom de Kroon destijds
met betrekking tot dat gedeelte goedkeuring aan het bestemmingsplan onthield, was
gelegen in de breedte van het wegprofiel. Volgens de plankaart was dat geschikt voor
vier rijstroken.
De aanleg van de eerste fase van de Westerparklaan past binnen het op 23 juli 1998
door uw raad vastgestelde bestemmingsplan "Heilaar-Steenakker (herziening 1998)".
Dat gegeven op zich is voor het kunnen voeren van een vrijstellingsprocedure als
bedoeld in artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) voldoende.
Voorstel
Te besluiten tot het ongegrond verklaren van de ingediende bezwaren overeenkomstig
het advies van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften zoals dat integraal in
de volgende motivering/toelichting is opgenomen.
Motivering/Toelichting
abelangenafweging
Bij het verlenen van vrijstelling moeten, mede ter voldoening aan het bepaalde in de
artikelen 3:2 en 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) belangen voldoende
-1-
