Gemeente Breda Raadsvoorstel vervolg Registratienummer 5263 natrekking toevalt aan de gemeente en wel in de staat waarin zich dit alsdan bevindt Het bestaande hoofdveld is door de vereniging in 1983 aangelegd en is een "zandingestrooid" kunstgrasveld. Dit hoofdveld is niet meer bedrijfszeker en de ontwikkelingen in de hockeywereld geven aan dat een "watermat" onontkoombaar is. Deze ontwikkeling zet zich steeds verder door en betekent in de keuzebepaling van Push een keuze voor de komende 15 jaar. Dit is zeer relevant in verband met de mogelijkheid om ook de topsport verder uit te bouwen op een financieel aanvaardbare rendabele wijze die ook volledig past in de privatiseringsgedachte van accom modaties. De aanschaf van een dergelijke mat is aanzienlijk duurder dan een "zandingestrooid" kunstgrasveld. Het financieel voordeel bij overname van een watermat kon oplopen tot f 200.000. In samenhang met het in 1998 nieuw aangelegd kunstgrasveld werd het invullen van een dergelijke optie in eerste instantie als moeizaam realiseerbaar ervaren. In tweede instantie heeft de leverancier van deze watermat, Desso DLW Sport Systems Int., kenbaar gemaakt in de vorm van een pilotproject een nieuwe innovatie van deze mat in samenwerking met Push te willen realiseren. Het betreft hier een proefobject DD ActionTurf V volkunststof hockeyveld als opvolger van de befaamde WK-mat. Dit is een zogenaamde watermat, die qua vezel de eigenschap heeft een zachtere touche te hebben en daardoor aantrekkelijker is voor spelers en tevens een verbeterd waterbergend vermogen kent, resulterend in minder watergebruik. Ook met betrekking tot de onderbouwconstructie kan een wijziging worden aangebracht door geen gebruik te maken van de voorheen toegepaste ZOAB- asfalt, doch deze te vervangen door een versmelting van rubber en asfalt, waardoor ook het verend en absorberend vermogen sterk wordt verbeterd. Hiertoe is op dit moment de procedure richting NOC*NSF in gang gezet en de verwachting is dat deze instantie op korte termijn haar fiat aan deze nieuwe technologie zal geven. De definitieve uitvoering van het project blijft vooralsnog afhankelijk van de definitieve goedkeuring van de zijde van NOC*NSF. Het financieel voordeel zoals destijds bestond bij overname van een WK-watermat is ook van toepassing op dit pilotproject en levert qua investering een voordeel op van f 200.000. Hier ligt voor Push een belangrijke financiële kans die volledig strookt met de gedachte omtrent privatisering en topsport. Naast dit financiële voordeel is opname van het sportcomplex De Heerbaan Breda in de Desso marketing wereldwijd en draagt tevens bij aan de bekendheid en positieve uitstraling van de stad Breda. Voor hockeyvereniging Push betekent dit dat de accommodatie geschikt is voor tophockey en geen stagnatie in de hockeytechnische ontwikkeling van de vereniging. Met name in haar dameslijn is Push de potentiële vereniging om door te breken op landelijk niveau, hetgeen volledig aansluit bij de gedachte van toekomstig sportbeleid in Breda. Daarnaast geeft de aanwezigheid van een watermat de mogelijkheid tot het houden van internationale wedstrijden op het complex en kan een verdere doorgroei van circa 1300 naar 1500 a 1600 leden worden gerealiseerd. Om financiële redenen, veroorzaakt door de lopende verplichtingen op het door de vereniging gerenoveerde clubhuis alsmede het gerealiseerd kunstgrasveld in 1998 is de vereniging op dit moment niet in staat dit pilotproject door externe financiering te realiseren. Uit een overgelgde verklaring van de bank blijkt dat de bank niet bereid is om zonder gemeentegarantie een fixe-lening te verstrekken. Wel is de stichting zeer goed in staat om over een termijn van 6 jaar, mede middels vervroegde aflossing voortkomend uit zich verder verminderende lasten, de gedane investering terug te betalen en in de tussenliggende periode een rentevergoeding te betalen. Hi ".oor de stichting middels overlegging van haar jaarrekening almede af an inzage gegeven. Deze stukken en de concept-geldleningsovereenkomst -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 1715