Gemeente Breda
Raadsvoorstel vervolg
Registratienummer 2371
Voorstel
Le ingediende zienswijze voor wat betreft punt a gedeeltelijk gegrond en gedeelte
lijk ongegrond te verklaren en voor wat betreft de punten b t/m e ongegrond te
verklaren
2 Reclamanten zoals vermeld onder de nrs74 t/m 82 van de hiervoor opgenomen
overzichtliist ingediende zienswijzen.
Zienswij ze
a. De gemeente heeft het kennelijk niet nodig gevonden om voor het aan de orde
zijnde bestemmingsplan een uitgebreide inspraakprocedure te volgen;
b. de fiets- en wandelmogelijkheden in de Landgoederenzone zijn zeer beperkt; het
verdient aanbeveling met de grondeigenaren/gebruikers te gaan onderhandelen om
tot zeer gewenste aanpassingen te komen;
c. voor de "visie Haagse Beemden Buitengebied" zal geen nieuw bestemmingsplan
worden opgesteld, waardoor het zich onttrekt aan inspraakmogelijkheden;
d. het is wenselijk de braakliggende terreinen zoals bijvoorbeeld Peerdsbroek
Bergdreef een voorlopige bestemming te geven in afwachting van een
definitieve
e. twee situaties in de Haagse Beemden zijn zeer verkeersonveilig en vragen om
nader onderzoek;
f. de gemeente geeft geen goede verklaring voor het feit waarom het bestemmings
plan Achter Emer niet in het onderhavige plan is opgenomen en bovendien heeft
zij nog geen visie ontwikkeld voor eerstgemeld plan;
g. voor de zogenaamde "Erel-toren' is een ondemocratische artikel 19-procedure
gevolgd zonder inspraak.
Reactie
a. In 1993 zijn voor het plan vier inspraakavonden gehouden; inhoudelijk is het
bestemmingsplan nagenoeg gelijk gebleven, zodat er niet wederom tot inspraak
is overgegaan; wel is er eind vorig jaar nog een informatiemiddag/avond gehou
den om betrokkenen te informeren;
b. gezien de problematiek in de Landgoederenzone dient er op korte termijn een
nadere studie te worden verricht naar de toekomstmogelijkheden voor dit ge
bied; voor het onderhavige bestemmingsplan is nog gekozen voor een conserve
rende bestemming "Agrarische doeleinden A"de nadere studie, gevolgd door een
structuurvisie dient na overleg met alle interne en externe disciplines ver
volgens te leiden tot een separaat bestemmingsplan voor de Landgoederenzone;
in afwachting daarvan is het wenselijk alle nieuwe initiatieven voorlopig aan
te houden en slechts geringe aanpassingen (zoals bouwvlakvergrotingen) toe te
staan;
c. wanneer de "visie Haagse Beemden Buitengebied' uitmondt in een herziening van
het bestemmingsplan zal uiteraard inspraak worden gevoerd;
d. aan de braakliggende terreinen worden thans omdat er duidelijkheid is over de
gewenste invulling juist definitieve bestemmingen gegeven; niet wordt ingezien
-5-