Gemeente Breda Raadsbesluit vervolg Registratienummer 2371 in artikel 5 I l.a wordt aangegeven bestaande stratenmakersbedrijf11 vervan gen door "o aangegeven andere functies"; in artikel 5 wordt de letter "e" onder I sub l.e veranderd in "d"; in artikel 5 wordt de tekst van de onder de ontwikkelingslocaties opgenomen ontwikkelingsvoorwaarden als volgt gewijzigd: Met betreking tot Peerdsbroek a. De tekst achter het tweede gedachtenstreepje wordt veranderd in "De bebouwing dient te worden opgericht binnen de op de plankaart aangegeven bouwvlakken" b. de tekst achter het derde gedachtenstreepte wordt veranderd in "De be bouwing dient te worden opgericht in tenminste 2 bouwlagen met dien verstande, dat binnen het als zodanig aangeven zuid-oostelijk gelegen bouwvlak bebouwing in 6 bouwlagen dient te worden opgericht" c. er wordt een nieuw gedachtenstreepje toegevoegd met daarachter de vol gende tekst "Het parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden" Met betrekking tot Ganzerik a. De tekst achter het tweede gedachtenstreepte wordt veranderd in "De bebouwing dient te worden opgericht binnen de op de plankaart aangegeven bouwvlakken b. de tekst achter het derde gedachtenstreepje wordt veranderd in "De be bouwing dient te worden opgericht in 4 bouwlagen binnen het bouwvlak gelegen aan de zijde van het sportcomplex en in 7 bouwlagen binnen het bouwvlak gelegen aan de zijde van het Paradijspad; c. er wordt een nieuw gedachtenstreepje toegevoegd met daarachter de vol gende tekst "Het parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden" Met betrekking tot Bergdreef a. Er wordt een nieuw gedachtenstreepte toegevoegd met daarachter de vol gende tekst "Het parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden" in artikel 5 wordt de tekst achter II sub 1 (aanhef) gewijzigd in "Ten aanzien van hoofdgebouwen (woningen) in artikel 5 wordt de tekst onder II sub l.b gewijzigd in "de bestaande bouw- diepte voor de begane grond mag ten opzichte van het oorspronkelijke bouwplan met maximaal 4 m worden uitgebreid"; in artikel 5 wordt de tekst onder II sub l.c gewijzigd in "op een zijdelings aangebouwd bijgebouw c.q. zijdelingse uitbreiding van het hoofdgebouw mag worden uitgebreid met ten hoogste 1 bouwlaag, met dien verstande dat de uit breiding plaatsvindt onder het dakvlak en tenminste 3 m achter de voorgevel"; in artikel 5 II sub 2.b wordt "in de doeleinden omschreven bedrijf" vervangen -21-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 238