Gemeente Breda
Raadsvoorstel vervolg
Registratienummer 2617
spraken gemaakt. Hierin liggen de wederzijdse prestatie-eisen verankerd.
Bij de herijking van de afspraken (ook 'prestatie-eisen' genoemd) wil de gemeente
het accent gaan verleggen van de woningen naar de huishoudens, en daar ook in de
eerste plaats zonodig gemeentelijke middelen op gaan inzetten. Het gaat de gemeente
primair om de rechtvaardige en doelmatige verdeling van de huisvestingskansen voor
alle categorieën van huishouden, waarbij de uitgangsituatie in een bepaald gebied
voor een gerichte uitwerking van het beleid aanleiding kan zijn.
Een innovatieve hantering van het huursubsidie-instrument in samenhang met het
toewijzingsbeleid zal hiervoor gezamenlijk dienen te worden ontwikkeld. Naarmate dit
beter lukt, en naarmate het door herstructurering op wijkniveau beter lukt om de
'goedkope scheefheid' te verminderen, zal het thans ervaren tekort aan goedkope
huisvesting kleiner zijn. Goedkope nieuwbouw is dan niet meer nodig voor het inlopen
van achterstanden, maar blijft in zekere mate nog wel nodig om gedifferentieerde
wijken en buurten te krijgen.
Karakter van de nota
Deze nota 'beperkt' zich tot de volkshuisvesting in engere zin, als één van de
aspekten of sektoren van het gemeentelijk beleid, maar houdt het oog gericht op het
veel bredere terrein van het wonen. Wonen als bij uitstek het raakvlak waar het
individuele en het collectieve in elkaar overgaan, en tot samenhang moeten worden
gebracht
De nota geeft een overzicht van de beleidsvoornemens met betrekking tot de volks
huisvesting. De opzet van de nota is die van een kadernota, waarvan verschillende
aspekten nader zullen worden uitgewerkt of reeds zijn uitgewerkt in andere nota's.
Dit zal een voortdurend proces zijn, waarbij steeds per nota zal worden aangegegeven
of en in welke mate het volkshuisvestingsbeleid bijstelling behoeft.
De nota staat ook niet op zichzelf, maar heeft veel raakvlakken met recent versche
nen en vastgestelde beleidsnota's (bijv. Visie Woningbouwbeleid 1995, Grondbeleid,
Vinexnotitie, Armoede in perspectief), met in procedure zijnde nota's (Stedelijke
Vernieuwing, Zelfanalyse Grote Stedenbeleid, etc.), en afspraken met andere actoren
(Convenant en Meerjarenafspraken woningcorporaties-gemeente)Waar nodig wordt een
verband gelegd met dit bestaande of in ontwikkeling zijnde beleid en wordt de stand
van zaken bij de uitvoering van het beleid vermeld.
De hoofdindeling van de nota is gebaseerd op de vier hoofdtaken van de gemeente in
de volkshuisvesting: Voorraadbeleid, Woonruimteverdeling, Nieuwbouwbeleid en Kwali
teitsbeleid.
In het slothoofdstuk komt aan de orde de instrumentatie en de organisatie van de
uitvoering van het beleid. Bij de nota gaat een uitgewerkt Werkplan, waaraan de
gemeente samen met de partners in de volkshuisvesting wil gaan werken. Dit werkplan
is achter in de nota opgenomen.
Gelet op de veranderingen in de rijksregelgeving wordt in eerste instantie ingegaan
op de huidige situatie en de nabije toekomst. Het convenant met de woningcorporaties
loopt tot en met 1999. Voor wat betreft nieuwbouw is bij de actualisering van de
Vinex-convenanten landelijk een herijking in 2000 afgesproken. Bovendien is het de
bedoeling van het rijk om vanaf 2001 tot vergaande bundeling van middelen te komen.
-4-
