Gemeente Breda Raadsvoorstel vervolg Registratienummer 2992 Wij hebben de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State ter advisering voorgelegd aan de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (SAOZ) te Rotterdam, welke stichting in onze gemeente fungeert als schadebeoordelingscommissie De SAOZ stelt in het door haar uitgebrachte rapport dat, om een vergelijking te kunnen maken, door haar een drietal fictieve aannames moeten worden gecreëerd: - nu verwachtingen omtrent een nieuwe woonwijk bij voorafgaande planologische situatie leiden tot de fictie, dat het geldende bestemmingsplan wordt weggedacht, kunnen die verwachtingen tevens aanleiding zijn om bij de voormalige situatie reke ning te houden met in een woonwijk nog te realiseren, bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en/of - nu het vigerende bestemmingsplan fictief wordt weggedacht evenzeer met de fictie moet worden rekening gehouden, dat de bouwverordening mede van toepassing werd ten aanzien van de planologie, en/ of - nu een planologische situatie door vrijstelling ex artikel 19 WRO voor o.a. de betrokken woning is ontstaan, moet worden uitgegaan van de fictie dat het bijbehorende perceel voor woondoeleinden mag worden gebruikt en -voor zover geen nadere vrijstelling nodig is- mag worden bebouwd voor woondoeleinden, dus inclusief gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde.. De schadebeoordelingscommissie komt tot het oordeel, dat alleen in geval van de laatste fictie er een nadeliger planologische situatie ontstaat door het besluit ex artikel 18a WRO voor de garage bij de woning Nieuw Zonzeel 5. Voor een uitgebreide beschrijving van deze fictieve aannames verwijzen wij u naar hetgeen hierover is gesteld in het rapport van de schadebeoordelingscommissie. Conclusie De schadebeoordelingscommissie komt vervolgens tot de conclusie, dat er geen aanleiding bestaat tot vergoeding van planschade. Deze conclusie wordt als volgt gemotiveerd Verzoeker heeft het risico van planschade aanvaard door zijn onroerende zaak te kopen, terwijl er nog geen bestemmingsplan gold inzake de te realiseren woonwijk. De bouw van een bijgebouw, zoals de garage op het naburige erf, was in het voorontwerp van bestemmingsplan "Asterd", dat in de transportakte inzake de onroerende zaak van verzoeker wordt vermeld, voorzien. Door de verwijzing in de transportakte had verzoeker zich nader dienen te informeren omtrent de voorgenomen plannen zodat hij het risico van een bebouwing als hier aan de orde heeft aanvaard. De schadebeoordelingscommissie adviseert uw raad het verzoek van belanghebbende af te wijzen. Ons college kan zich met het advies van de schadebeoordelingscommissie verenigen. -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 545