Gemeente Breda
Raadsvoorstel vervolg
Registratienummer 3124
waterverbindingen
De uitbreiding van het bedrijventerrein heeft weinig betekenis voor de
werkgelegenheid in West-Brabant (C-locatie)Schaarse ruimte dient
ingezet te worden voor hoogwaardige intensieve werkgelegenheid.
Dit vrachtverkeer aantrekkende bedrijventerrein zou strijdig zijn met het
beleid van de overheid om de automobiliteit terug te dringen. Uitbreiding
op deze locatie is dan ook een slechte keus.
De voorgestelde compensatie weegt niet op tegen de inbreuk die op de
natuur en het landschap gepleegd gaat worden.
Beoordeling.
Deze zienswijzen zijn buiten de daarvoor gestelde termijn ingekomen en in de
zienswijzen zijn geen redenen aangegeven die mogelijk een overschrijding van
deze termijn zouden rechtvaardigen. Vanwege de te late indiening dient de
zienswijze niet-ontvankelijk te worden verklaard. Daarom wordt niet
inhoudelijk op de zienswijzen ingegaan.
Conclusie
Door de indiening buiten de daarvoor gestelde termijn van 4 weken kunnen deze
zienswijzen niet ontvankelijk verklaart worden.
6. J.F. de Roover.
Inhoud zienswijzen.
Heeft binnen het plangebied 15 ha eigendom die behoren tot zijn agrarisch
bedrijf. Is het niet eens met het feit dat zijn eigendommen worden
doorsneden voor een aan te leggen fietspad en de aanleg van
natuurontwikkeling met poelenzone waardoor hij tevens een aanzienlijk
gedeelte van zijn grond zal kwijtraken;
Maakt bezwaar tegen aanwijzing van een gedeelte van het plangebied voor
natuurcompensatie. Is van mening dat de maatschappelijke noodzakelijkheid
van het bedrijfsterrein onvoldoende is aangetoond en derhalve onvoldoende
is aangetoond dat een en ander op zijn eigendommen moet worden aangelegd.
Vindt bovendien de strook natuurontwikkeling langs de Kerzelsebeek veel
te breed.De aanwijzing van een natuurgebied in de directie omgeving van
zijn bedrijf en het specifieke beheer hiervan zullen directe gevolgen
hebben voor zijn bedrijfsvoering. Wil garanties dat het natuurgebied op
geen enkele manier zijn bedrijfsvoering zal belemmeren.
Heeft bezwaar tegen het toekennen van de bestemming "agrarisch gebied met
landschappelijke en natuurlijke waarden" aan zijn gronden. De
belemmeringen, o.a. niet toegestane teeltwisselingen, die hierdoor
ontstaan zijn voor appellant onacceptabel;
Stelt voor het plangebied in het bestemmingsplan te beperken tot het
bedrijventerrein zelf en niet de gronden in de onmiddellijke nabijheid
hierbij te betrekken.
-7-