Gemeente Breda Raadsvoorstel Reglstratienr: [9096] Dienst/afdeling: RME/SRO Agendapuntnummer 219 Aantal bijlagen: 1 Betreft: De evaluatie van het plan van aanpak Heuvel 1992-1997 is afgerond. Hierover moet bestuurlijke besluitvorming plaatsvinden. Deze ontwikkelingen geven aanleiding om tot afronding van de evaluatie plan van aanpak Heuvel 1992-1997 te komen en om gelijktijdig besluiten te nemen over een vervolgaanpak. De afgelopen maanden heeft met woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda overleg plaatsgevonden over deze vervolgaanpak. De aanleiding voor dit overleg is de wens van woningbouwvereniging Volkshuisvesting om te komen tot voorstellen voor een herpositionering van de zogenaamde Peutz-woningen. Intern en extern overleg heeft uiteindelijk geleid tot de notitie "vervolgaanpak op de evaluatie Heuvel 1992-1997" Er zijn in Heuvel een aantal projecten gedefinieerd. De voortgang bij deze projecten is verschillend. Het is gewenst om binnen afzienbare tijd de inhoudelijke, organisatorische en financiële samenhang tussen deze projecten beter te kunnen aangeven. Voorstel 7. Kennis te nemen van de evaluatie Plan van aanpak Heuvel 1992-1997 2. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een budgetgroot f477.500,-, voor de uitvoering van het vervolgplan van aanpak en dit budget ten laste te brengen van het Fonds Stedelijke Vernieuwing: budget Plan van aanpak Heuvel f 180.000,- jaarschijf 1998, budget onderzoek Heuvel f 50.000,- jaarschijf 2000 budget ondersteuning en faciliteiten f 50.000,- jaarschijf 2000 budget diverse herstructurering f 197.500,-jaarschijf 1999. Motivering/Toelichting De evaluatie plan van aanpak Heuvel 1992-1997 leidt tot de volgende conclusies (zie verder het bijgevoegde rapport "evaluatie plan van aanpak Heuvel 1992-1997" en de ambtelijke reacties op dit rapport) 1. De meeste activiteiten zoals opgenomen in het plan van aanpak Heuvel 1992-1997 zijn uitgevoerd. Enkele meer ingrijpende en ingewikkelde projecten zijn in ontwikkeling achter gebleven;. 2. Zowel in fysieke als sociale beheersmatige zin zijn t.o.v. het plan van aanpak meer activiteiten uitgevoerd; 3. De sociaal-economische maatregelen hebben de beoogde effecten niet gehad. Als gevolg van de uitstroom en instroom van huishoudens in de buurt moet worden geconcludeerd dat er sprake is van een verslechtering van het sociaal economisch klimaat; 4. De uitgevoerde activiteiten hebben niet tot een substantiële verbetering van het leefklimaat geleid; gelijktijdig kan worden geconcludeerd dat het leefklimaat ook niet is verslechterd. Vervolgaanpak Heuvel; inhoudelijke, organisatorische en financiële samenhang Inleiding -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 1201