nader afbakenen van het uiteindelijke eindproduct zijn. Dit kan door nu reeds de
inhoudsopgave van het eindproduct te beschrijven. Hiermee wordt de vraagstelling naar de vier
studiegroepen eveneens ingekaderd.
De inhoud van de vier studiegroepen (globaal)
1Stedenbouwkundig en cultuurhistorisch
Uitgangspunt voor deze analyse vormt het vele reeds beschikbare materiaal. Er zijn de
afgelopen jaren diverse studies uitgevoerd naar de stedenbouwkundige en cultuurhistorische
aspecten van Heuvel. Er zijn enkele studies over de zuidwestkant van Heuvel (Bedaux en
H+H+G (1995) en Bedaux (1997)), over het Dr. Struyckenplein en over de Peutz-blokken
(Geutz, 1995). Er is een ontwikkelingschets, een bestemmingsplan en een karakterisering van
de buurt. De uitkomsten van deze studies zullen geordend moeten worden. Daarna zal moeten
worden nagegaan of er nog overwegingen of argumenten ontbreken.
Deze studiegroep staat onder leiding van de vakdirecteur Stadsontwikkeling
2Sociale ontwikkelingen, ontwikkelingen op de woningmarkt, het veranderingsproces en
sociale infrastructuur en de sociaal-economische ontwikkelingen/vitaliteit
Uit de evaluatie plan van aanpak Heuvel 1992-1997 kan worden geconcludeerd dat, ten
opzichte van het gemiddelde van Breda, in Heuvel sprake is van sociale en economische
achterstand. In de Stadsvisie Breda en het Stedelijke Ontwikkelingsplan Breda is vastgelegd
dat hieraan aandacht moet worden besteed. Belangrijk doel is om te komen tot een verbetering
van de sociaal-economische positie van de inwoners van Heuvel. Het aantal niet participerend
op de arbeidsmarkt is hoog. Er zal scherp gelet moeten worden op mogelijkheden voor mening
van functies (kleinschalige bedrijvigheid, thuiswerken, detailhandel, etc), werkgelegenheid
(m,n, relatie onderwijs-/werkgelegendheid en arbeidstoeleiding). Onderwijs, buurtactiviteiten
en werkgelegenheid zijn dominante aandachtspunten.
Uit de evaluatie plan van aanpak Heuvel 1992-1997 blijkt dat de uitstroom uit de wijk in
hoofdzaak heeft bestaan uit huishoudens met de middeninkomens en de instroom overwegend
uit huishoudens met lage inkomens. De sociale infrastructuur, b.v. onderwijs en de zorg voor
jongeren, is niet toegerust op deze instroom.
Er is in Breda sprake van een grote vraag naar kwalitatief betere woningen die meer aansluiten
bij de levensfase en leefstijl van de huishoudens. Deze ontwikkeling zal ook effect hebben op
de toekomst van Heuvel. Uit de analyses van woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda
kan worden geconcludeerd dat de verhuurbaarheid van een gedeelte van haar bezit onder druk
staat.
De in Heuvel bestaande knelpunten zullen moeten worden aangepakt tegen de achtergrond van
de veranderingen die zich aandienen. Dit is in een notendop de opgave voor Heuvel
Vervolgplan Heuvel
BREDA, 09-11-99
Pagina: 8