Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: [8451]
Dienst/afdeling: BD/3Z
Consequenties
Communicatie
Commissiebehandeling
c. Waar in de regeling van de Awb nog zaken ter invulling worden overgelaten aan de betreffende
bestuursorganen, kan deze invulling in de eigen regeling gestalte krijgen.
Zo wordt van de wettelijk geboden mogelijkheid om binnen het stelsel van het intern klachtrecht nog
een (externe) persoon of instantie ais adviseur in te schakelen geen gebruik gemaakt. Onze
gemeentelijke bestuursorganen c.a.de ambtelijke leiding van de dienstonderdelen waar een
voorkomende klacht speelt, achten wij voldoende in staat om klachten op een afdoende wijze te
behandelen.
Vanuit het perspectief van een objectieve, zo men wil onafhankelijke beoordeling van het
gemeentelijk handelen biedt in onze situatie de aansluiting bij de Nationale Ombudsman voldoende
waarborg.
Hiernaast geldt dat het ook uit oogpunt van voorlichting en presentatie de voorkeur heeft om over een eigen
Bredase regeling te beschikken.
In de hier voorgestelde klachtenregeling zijn de dwingende bepalingen van de Awb integraal overgenomen. Waar
sprake is van facultatieve bepalingen is aangegeven hoe daarmee in de Bredase situatie wordt omgegegaan (zie
hiervoor onder met name b.en c.).
Waar de hier voorgestelde regeling hoofdzakelijk een weergave is van het wettelijk in de Awb neergelegde stelsel
kunnen wij voor de algemene en artikelsgewijze toelichting volstaan met verwijzing naar de Memorie van
Toelichting bij het desbetreffende wetsvoorstel alsmede de overige parlementaire stukken zoals deze bij de
behandelingvan het wetsvoorstel zijn gewisseld.*
Waar in de afzonderlijke artikelen van de hier voorgestelde regeling een precisering wordt gegeven van de
algemene bepalingen, zijn deze in de bij de regeling behorende toelichting van nadere uitleg voorzien.
Met de vaststelling van een nieuwe klachtenregeling is het voorts wenselijk de bijzondere klachtvoorziening zoals
die in de Inspraakverordening is opgenomen verder te stroomlijnen door de procedure van de Klachtenregeling
Breda 1999 hierop van overeenkomstige toepassing te verklaren. Ook voor advisering omtrent inspraakklachten
door de commissie voor bezwaar-en beroepschriften is thans minder aanleiding waar enerzijds deze commissie
niet meer als ombudscommissie functioneert en op de achtergrond de Nationale Ombudsman garant staat voor
een serieuze en klantgerichte afhandeling door het bestuursorgaan van een klaagschrift over de wijze waarop
inspraak is gegeven.
De voorgestelde Klachtenregeling Breda 1999 wijkt niet in betekenende mate af van de "oude" Klachtenregeling
Breda 1995.
Als gevolg van de inwerkingtreding van de Klachtenregeling Breda 1999, zal het bestaande voorlichtingsmateriaal
worden aangepast.
De commissie Middelen kan zich met bovenstaand voorstel verenigen.
^G.J. Rutten, burgemeester.
-2-