3. Gemeentelijke Reserve Volkshuisvesting. 3.1. Algemene criteria gemeentelijke reserve volkshuisvesting. Om het voorgenomen beleid te realiseren heeft de gemeente in 1996, naast het BWS-budget tevens een reserve Volkshuisvesting voor de convenantsperiode beschikbaar gesteld. Deze reserve is bestemd voor de planmatige aanpak van de bestaande woningvoorraad. Van deze reserve is 2/3 deel bestemd voor het opplussen van woningen en 1/3 deel voor het oplossen van volkshuisvestelijke knelpunten. Voor de op te plussen woningen is vastgesteld dat, gelet op de doelgroep ouderen en ontwikkelingen in de IHS (individuele huursubsidie), de huur van de woningen na het opplussen een bedrag van f710 (peil 1996) niet te boven gaat. Voor wat betreft het opplussen van woningen dienen de middelen te worden ingezet voor het aanbrengen van een preventiepakket in woningen en woongebouwen. Hieronder wordt verstaan veiligheidsmaatregelen zoals het opheffen van niveauverschillen bij deuren, het voorkomen van uitglijden of bekneld raken bij deuren, het aanbrengen van veilige leuningen bij trappen, hellingbanen en liften, het verlichtingsniveau in algemene ruimten op sterkte brengen, het aanbrengen van veilige beglazing, het aanbrengen van stroeve vloeren, etc. Na het aanbrengen van dit preventiepakket dienen de aangepaste woningen te voldoen aan een landelijk erkend predikaat: woningen geschikt voor ouderen, het zgn. SEV-label. Ter waarborging van kwaliteit en kontrole zal uitbetaling van middelen plaats vinden nadat de SEV het kwaliteitslabel heeft verstrekt. Het bijbehorend subsidiebedrag is vastgesteld op maximum f 10.000 per opgepluste woning. Onder volkshuisvestelijke knelpunten wordt verstaan: bijzonder kostenverhogende factoren op locaties in de bestaande stad, bijzonder kostenverhogende aspecten bij realisatie van experimenten in het belang van de volkshuisvesting, bereikbaarheidsproblemen in het kader van betaalbaar wonen, opwaardering van de woonomgeving t.b.v. het versterken van veiligheidsgevoel van bewoners en als stimulans voor bewoners. 3.2. Inzet middelen en voorwaarden verdeling gemeentelijke reserve volkshuisvesting 1999. Aan de orde is de verdeling van de beschikbare reserve Volkshuisvesting. In 1999 is aan middelen beschikbaar het opplusbudget 1998 (f2 milj.), het opplusbudget 1999 (f2 milj.) en het knelpuntenbudget 1999 (f 1 milj.). De opgepluste projecten en knelpunten te toetsen aan bovengenoemde criteria en aan de uitgangspunten van de nota Volkshuisvesting 1998. 3.2.1. Op te plussen projecten. Na uitvoerig overleg met de corporaties heeft het College van B. en W. de corporaties meegedeeld dat zij aan de gemeenteraad zullen voorstellen accoord te gaan met onderstaand opplusvoorstel: aantal won lokatie 40 100 60 100 100 400 Tuinzigtflats Baliendijk/Vugtstraat Groenendijk Calandstraat Driehoek/Brusselstraat corporatie St. Joseph De Algemene De Algemene Volkshuisvesting Volkshuisvesting subsidie-reservering f 400.000 - 1.000.000 - 600.000 - 1.000.000 - 1.000.000 f 4.000.000

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 1332