3.2.2. Knelpunten. De gemeenteraad heeft in 1996 besloten dat 1/3 deel van de Reserve Volkshuisvesting ingezet dient te worden voor het oplossen van knelpunten. Als knelpunten zijn bepaald bereikbaarheidsproblemen in het kader van betaalbaar wonen; opwaardering van de woonomgeving. Gelet op de hoofddoelstelling, de knelpuntencriteria en de nota Volkshuisvesting 1998 wordt de raad voorgesteld de knelpuntenmiddelen in eerste aanzet te bestemmen voor projecten waarbij de bereikbaarheid van huurwoningen voor de primaire doelgroep onder druk staat. (6) Een eventueel restant in te zetten in het kader van opwaardering woonongeving. Daarnaast is de verwachting dat t.g.v. het opplusbeleid in Breda Zuid-Oost een tweetal projecten niet binnen het geldende subsidie-regime opgeplust gaan worden. (7) Gelet op de lijst van ingediende projecten, de nota Volkshuisvesting 1998 waarin expliciet is vermeld dat: de gemeente bevordert dat aandachtsgroepen van het volkshuisvestingsbeleid kunnen beschikken over betaalbare woonruimte: de gemeente bevordert dat vooral ouderen kunnen blijven wonen in de buurt waar zij altijd gewoond hebben; de kemvoorraad door huurmatiging wordt bewaakt.; worden onderstaande projecten voor huurmatiging voorgesteld: aantal won. lokatie corporatie subsidie-reservering 92 Vugtstraat De Algemene f 154.000 28 Haagse Beemden De Algemene 31.000 215 Middellaan St. Joseph 140.000 33 Polderzicht St. Joseph 24.000 168 Kasterleestr. Volkshuisvesting 138.000 160 Beverweg Volkshuisvesting 113.000 696 som huurmatiging f 600.000 (6)Ter compensatie van de afnemende rijks geldelijke steun voor de volkshuisvesting worden corporaties verplicht om, meer dan voorheen, via huurinkomsten (huurverhogingen) deze afnemende rijkssteun op te vangen. Om al te grote sprongen in huren te voorkomen stelt het Rijk daarvoor de huurverhogingspercentages vast waaraan corporaties gebonden zijn. In de praktijk betekent dit dat een corporatie het gemiddelde aan huurverhoging over hun hele bezit dient door te rekenen waarbinnen zij echter op projectniveau een gedifferentieerd huurbeleid kunnen voeren. Hierbij kunnen huurverhogingen optreden van max. 6,5 en minimaal inflatievolgend. Alhoewel corporaties bij hun huurprijsbeleid trachten een evenwicht te vinden tussen bereikbaarheid van huurwoningen voor de primaire doelgroep en de kwaliteit van de woning, dreigen er toch t.g.v. rijksbeleid in Breda bereikbare woningen te verdwijnen. Om dit te voorkomen doen corporaties een beroep op het knelpuntenfonds 1999. Voor ruim 1100 woningen verzoeken zij een huurmatigingsbijdrage. (7) Voor Breda Zuid-Oost is de opplusbijdrage vastgesteld op max. f2.000 per woning. Dit betekent dat tekorten in oppluskosten hetzij door de corporatie, hetzij door de huurder opgebracht dienen te worden. Om het opplussen van deze projecten te bevorderen wordt voorgesteld een gedeelte van het knelpuntenfonds voor deze projecten te reserveren. - - - - -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 1333