Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: [8990] Dienst/afdeling: SAW/AB Betreft: onderwijshuisvesting 2000 -2010 Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting Agendapuntnummer 242 Aantal bijlagen: Vanaf de invoering van de Wet decentralisatie huisvesting onderwijs 1997, waarmee de zorgplicht voor de huisvesting van het primair en voortgezet onderwijs van het rijk aan de gemeente werd overgedragen, is over de vaststelling van het budget en de te hanteren methodiek incidenteel besloten. Voor de jaarschijven 1997 en 1998 is bij besluit van 24 februari 1997 ingestemd. Voor 1998 en 1999 zijn afzonderlijke besluiten genomen, waarbij de dienst SAW is opgedragen te onderzoeken in hoeverre een reductie van de nog te voorziene tekorten op het taakveld "huisvesting onderwijs" kan worden bereikt. In dit kader is door de dient SAW een meerjarenperspectief opgesteld in de vorm van de nota Onderwijshuisvesting periode 2000 - 2010. Deze nota is bedoeld om een aantal uitgangspunten vast te stellen voor de ontwikkeling van het budget "onderwijshuisvesting". De nota "onderwijshuisvesting 2000-2010" vaststellen. De zorgplicht ten aanzien van de onderwijshuisvesting wordt door de gemeenten uitgevoerd op basis van een gemeentelijke verordening. In deze verordening staat soberheid centraal. Op zichzelf is met soberheid niets mis, maar de algemene staat van de Bredase schoolgebouwen verdraagt zich momenteel niet langer met een aanpak die wordt gekenmerkt door een mate van soberheid die in de praktijk uitwerkt als kaal. Ook is meerdere malen gesproken over het ontbreken van enige financiële ruimte om onderwijsvernieuwing een fysieke plek te geven met een verruiming van het onderwijshuisvestingsbudget. Met die verruiming moet het mogelijk worden dat ontwikkeling en vernieuwing op onderwijsgebied ook huisvestelijk mogelijk worden. Hierbij wordt de stelling betrokken dat het gebouw, de accommodatie waarin onderwijs wordt gegeven weliswaar niet luxueus behoeft te zijn, maar wel een zekere mate van aantrekkingskracht en sfeer moet kunnen bieden aan de leerlingen. De nota onderwijshuisvesting met inbegrip van het meerjaren-perspectief is opgesteld om uitgangspunten vast te stellen voor de ontwikkeling van het budget "onderwijshuisvesting". Vanuit de nota worden de navolgende onderdelen nog eens extra belicht te weten: 1. Basisgegevens en randvoorwaarden (zorgplicht/capaciteit/pronoses); 2. Bestaande stad (inclusief vervangende nieuwbouw): 3. Stadsuitbreiding; 4. Specifieke huisvestingsknelpunten; 5. Multifunctioneel bouwen; 6. Onderwijskundige ontwikkelingen; 7. Externe partners: overleg, meerjarenplan, strategische visie. 1. Basisgegevens en randvoorwaarden (zorgplicht/capaciteit/prognoses) Zorgplicht In de Wet decentralisatie huisvesting onderwijs 1997 staat kort gezegd dat de gemeente de verantwoordelijkheid heeft voor de schoolgebouwen in het primair en voortgezet onderwijs. De gemeente is verantwoordelijk voor het goed huisvesten van scholen binnen haar gemeentegrens. De raad neemt beslissingen over nieuwbouw, verbouw, renovatie en onderhoud. Voor de uitvoering van deze taak heeft uw raad een verordening vastgesteld te weten "Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs". De belangrijkste elementen uit de decentralisatiewet zijn opgesomd op pagina 11 en 12 van de nota en behelzen onder meer: a. de gemeente heeft de zorgplicht voor huisvestingsvoorzieningen; b. de huisvestingsvoorzieningen, waarvoor de gemeente verantwoordelijk is, worden benoemd; c. de gemeenteraad moet een verordening vaststellen; d. de gemeenteraad moet jaarlijks een bedrag vaststellen dat bestemd is voor de bekostiging van de huis vestingsvoorzieningen; e. de gemeenteraad moet een huisvestingsprogramma vaststellen; f. de wet zelf regelt de weigeringsgronden. De zorgplicht impliceert dat iedere leerling adequaat wordt gehuisvest. Capaciteit -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 1338