Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: [9344]
Dienst/afdeling: SAW/PROJ
Betreft:
Voorstel
Motivering/Toelichting
Agendapuntnummer 245
Aantal bijlagen:
nota subsidiebeleid
Inleiding
In augustus 1999 heeft het college besloten de nota 'Naar een nieuw Bredaas subsidiebeleid' vrij te geven voor bespreking in de
betrokken raadscommissies en voor vijf in de stad te houden informatieve bijeenkomsten voor belanghebbenden. Van de mogelijkheid om
deze bijeenkomsten te bezoeken werd in toenemende mate gebruik gemaakt. Een en ander resulteerde in het bereiken van circa 250 van
de in totaal circa 1000 subsidierelaties. Alle bijeenkomsten kenden een identiek programma met inbegrip van de opening en beknopte
uiteenzetting door wethouder Heerkens.
Voor een aantal organisaties uit de voormalige randgemeenten, waarvoor per 01.01.2000 een andere subsidiegrondslag ontstaat, bleek
een extra informatieve bijeenkomst noodzakelijk om ontstane onduidelijkheden op te helderen.
Aparte bijeenkomsten vonden daarnaast respectievelijk plaats met de directies van de in het DOW (Directeuren Overleg Welzijn)
participerende instellingen (COKB, IMW, SOB en Vertizontaal) alsmede Maatschappelijke Opvang ('t Koetshuis en De Gaarshof) en
Vrouwenopvang (Valkenhorst).
Tevens werden de culturele instellingen op aparte bijeenkomsten geïnformeerd over de inhoud en mogelijke gevolgen van het ingezette
traject.
Binnen het traject was daarnaast ruimte ingebouwd voor het indienen van een schriftelijke reactie op de nota. Dit kon tot 14 oktober 1999.
Hiervan is door vijf organisaties in directe zin gebruik gemaakt terwijl één organisatie verschillende aspecten meenam in een schrijven met
verder een andere inhoud..
Tijdens alle bijeenkomsten werd geconstateerd dat er veel raakvlakken zijn met de parallel lopende projecten: het 'Beheer en exploitatie
multifunctionele accommodaties' en 'Kwaliteitsplan subsidies'.
Mede op basis van deze constatering is een integrale planning opgesteld van de drie samenhangende projecten:
'Naar een nieuw Bredaas subsidiebeleid'.
'Naar een nieuw Bredaas accommodatiebeleid (het voormalige project 'Beheer en exploitatie accommodaties').
Het 'Kwaliteitsplan subsidies'.
1In te stemmen met de nota "Naar een nieuw Bredaas subsidiebeleid"
2. In te stemmen met het gefaseerd invoeren van elementen van het nieuwe subsidiebeleid en -regelgeving
3. In te stemmen met het in principe verlengen van de overgangsperiode met het jaar 2001
4. Eventuele financiële gevolgen van de verlenging van de overgangsperiode met het jaar 2001 mee te nemen in de kadernota 2001
Op basis van de ontvangen reacties, zowel vanuit de zalen als schriftelijk, kan worden geconstateerd dat de door de gemeente ingezette
koers zeer brede ondersteuning ondervindt. De indeling in categorieën en functies werd logisch genoemd terwijl bij enkele bijeenkomsten
voorbeelden uit de praktijk leidden tot een verheldering van de (mogelijke) gevolgen van het nieuwe beleid voor de verschillende
organisaties. Dit overigens met de kanttekening dat de financiële gevolgen van het nieuwe beleid nog niet inzichtelijk waren.
In zijn algemeenheid waren de geuite op- en aanmerkingen constructief en verhelderend. Dit leidde er in enkele gevallen toe dat er een
nader verfijning in de conceptnota diende te worden aangebracht. Daarnaast werd menigmaal naar voren gebracht dat het een complexe
materie betreft.
Op basis van 'voortschrijdend inzicht' inzake de complexiteit van de materie en in samenhang met de wens om in nauwe samenspraak
met belanghebbenden verdere invulling en uitvoering te geven aan het project is geconstateerd dat de oorspronkelijke planning, invoering
van het nieuwe subsidiebeleid en -regelgeving per 01.01.2001 niet haalbaar is. Dit blijkt zowel ten aanzien van de beleidsterreinen die
ressorteren onder de dienst Cultuur als die welke vallen onder de dienst SAW/vakdirectie Welzijn het geval te zijn.
Tijdens de afronding van de huidige fase is namelijk geconstateerd dat er nader aandacht dient te worden besteed aan de subsidiëring van
professionele vormen van kunst. Gebleken is dat er vanuit de Dienst Cultuur activiteiten worden gesubsidieerd die door (semi-
)professionele kunstenaars worden ondernomen. Ook deze dienen te ressorteren onder de Bredase subsidieregelgeving.
Verder moet op een aantal punten de aansluiting in zowel beleidsmatige, inhoudelijke als juridische zin worden gerealiseerd met de
subsidiëring van activiteiten in het kader van het GSB, de buurtbudgetten, de kleinschalige initiatieven, de wijk- en dorpsraden en
dergelijke.
De verdere uitwerking van beide aandachtspunten wordt in de volgende fase van het project als extra component opgenomen, c.q. de fase
van het formuleren van de (inhoudelijke) subsidiecriteria.
-1-