Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: [9344] Dienst/afdeling: SAW/PROJ Het niet haalbaar zijn van de eerder gestelde termijn blijkt daarnaast mede voort te vloeien uit de sterke samenhang met het gemeentelijke accommodatiebeleid betreffende vooral de multifunctionele welzijnsaccommodaties. Tijdens de informatieve bijeenkomsten is gebleken dat het aanbod aan infrastructuur (met name de welzijnsaccommodaties) qua locatie, openingstijden en functionaliteit in veel gevallen niet naadloos aansluit op de behoefte van de organisaties die activiteiten organiseren. Het moeten oppakken van deze problematiek heeft geleid tot een aantal wijzigingen in het met het project 'Naar een nieuw Bredaas subsidiebeleid' samenhangende project 'Naar een nieuw Bredaas accommodatiebeleid'. Het tot stand brengen van duidelijke aansluiting tussen beide projecten moet leiden tot duidelijke synergie-effecten. Met betrekking tot het project 'Naar een nieuw Bredaas accommodatiebeleid' zal de raad nog een separaat voorstel bereiken. Om de 'beeldvorming' betreffende de aanwezige problematiek te verhelderen is inmiddels in goed samenspel met het Districts Accommodatie Overleg (DAO) Noord Oost gebleken dat binnen dat district een zeer brede bereidheid bestaat om te komen tot een nadere inventarisatie. In het verlengde van deze SWOT-analyse wordt met betrekking tot de bekostigings- en beheerstructuur uitgegaan van de toepassing van verschillende modellen waarbij de systematiek zoals die wordt gehanteerd in 't Web in Teteringen als eerste zal worden toegepast. Aspecten die daarbij een rol spelen zijn de exploitatielasten (activiteitgebonden en overhead), tariefstelling, huurpenningen (en hun verhouding tot de feitelijke kosten), contributies, subsidies, de staat van onderhoud van het gebouw, geschiktheid van het gebouw voor specifieke activiteiten (o.a jongeren en allochtonen), een en ander in relatie tot de uitgangspunten van het nieuwe subsidiebeleid. Dat wil immers de accommodaties als pijler voor het nieuwe subsidiebeleid laten fungeren. Daarnaast wordt beoogd de thans onzichtbare vraag naar de gebruikmaking van (gemeentelijke) multifunctionele accommodaties in beeld te brengen. Tijdens de informatieve bijeenkomsten bleek er namelijk meer vraag te bestaan dan thans helder in beeld is bij zowel de gemeente als besturen van accommodaties. Deze pilotstudy Breda N-0 moet op korte termijn, in het voorjaar van 2000, leiden tot een aantal mogelijke (voorkeurs-)modellen dat zal worden voorgelegd aan de raad. In het verlengde van deze 'pilotstudy' kan vervolgens gefundeerd en integraal invulling worden gegeven aan het nieuwe beleid. Een en ander houdt in dat de verlengde overgangstermijn tot 31.12.2000 te kort is om tot een volledige afronding te komen Zowel de behandeling van de nota in de betrokken raadscommissies als de uit de informatieve bijeenkomsten verkregen reacties èn de schriftelijke reacties leidden ertoe dat de door het college neergezette hoofdlijnen van beleid onverlet zijn gebleven: 1het scheppen en instandhouden van basissubsidies en de infrastructuur in de vorm van accommodaties. 2. het hanteren van criteria bij de beoordeling van de voor subsidie ingediende activiteitenprogramma's. 3. het laten wegen van de functie van de activiteiten. In augustus 1999 behandelde het college van B&W de conceptnota 'naar een nieuw Bredaas subsidiebeleid'. Vervolgens is de nota besproken met de raadscommissies SAW, MO en ECG en met de subsidierelaties. De reacties die hieruit voortvloeiden, hebben geleid tot de nota die nu voorligt. Na behandeling door het college van B&W zijn de subsidierelaties per brief geïnformeerd over het raadsvoorstel (de nota, het extra overgangsjaar en het vervolgtraject). Tegelijkertijd zijn de overige inwoners van Breda d.m.v. een persbericht geïnformeerd. Na raadsbehandeling krijgen de subsidierelaties de vastgestelde nota toegestuurd. Ook in het vervolgtraject wordt de doelgroep nadrukkelijk betrokken. De komende periode vindt verdere uitwerking van de uitgangspunten plaats. Naar verwachting is wordt deze nog voor de zomervakantie van 2000 aan het college van B&W voorgelegd. Vervolgens start een periode van inspraak, waarbij rekening wordt gehouden met de zomervakantie. De resultaten daarvan leiden tot een definitieve beleidsnota die eind 2000 door de gemeenteraad kan worden vastgesteld. Na vaststelling van de beleidsnota volgt zo spoedig mogelijk de uitvoeringsnota (bijzondere beleidsregels). Na vaststelling van deze nota start de daadwerkelijke implementatie (inhoudelijk, financieel en procedureel) van het nieuwe subsidiebeleid, dat op 1 januari 2002 officieel van kracht zal zijn. Accommodatiebeleid Parallel aan het traject van het subsidiebeleid loopt de verdere ontwikkeling van het accommodatiebeleid. De communicatie met de DAO's (Districts Accommodatie Overleg) speelt daarin een centrale rol. De resultaten van de pilotstudie Noord-Oost zullen nadrukkelijk betrokken worden bij de opzet van de uitgangspuntennota 'Naar een nieuw Accommodatiebeleid. Naar verwachting kan het college van B&W deze uitgangspuntennota in het voorjaar van 2000 vrijgeven voor consultatie. Daarna zal deze nota verder worden uitgewerkt tot een definitieve beleidsnota, die in de tweede helft van 2000 in de inspraak kan worden gebracht. Ook bij deze beleidsnota geldt, dat vervolgens een uitvoeringsnotitie wordt opgesteld. Voor het gehele communicatietraject wordt een uitgewerkt communicatieplan opgesteld. COMMUNICATIE -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 1352