'NAAR EEN NIEUW BREDAAS SUBSIDIEBELEID'
1Inleiding.
Op 1 januari 1997 vond de gemeentelijke herindeling plaats. Dat hield in dat vier gemeenten
(Breda-oud, Teteringen, Prinsenbeek en Nieuw-Ginneken) samen de nieuwe gemeente Breda
gingen vormen. Deze vier voormalige afzonderlijke gemeenten hadden hun eigen regels en
voorschriften op velerlei terrein, waaronder dat van het verstrekken van subsidies aan op het
gebied van
- welzijn (inclusief onder meer maatschappelijk werk, ouderen- en jongerenwerk,
onderwijsondersteuning, sport en collectieve/preventieve volksgezondheid);
de georganiseerde amateurkunst (met name zangkoren, harmonieën en fanfares);
- viering van nationale feest- en herdenkingsdagen (30 april, 4 en 5 mei);
activiteiten van volksculturele aard (carnaval, sinterklaas)
Deze regelingen en richtlijnen moesten allemaal op elkaar worden afgestemd. Door het
toenmalige projectcollege, samengesteld uit vertegenwoordigers van de colleges van
burgemeester en wethouders van de vier betrokken gemeenten, werd in verband daarmee
besloten dat:
1er een overgangsperiode zou komen van drie jaar (tot 1 januari 2000) waarin de
organisaties/instellingen van de betrokken afzonderlijke gemeenten er, op basis van
een gelijkwaardig activiteitenprogramma, in financieel opzicht in principe niet op
achteruit zouden gaan;
2. er een nieuwe (uniforme) subsidiesystematiek opgebouwd moest worden op basis van
nieuw geformuleerd beleid. Daarin zouden de waardevolle aspecten van de
subsidieregelgeving van de vier voormalige gemeenten moeten worden verwerkt. Dit
werd om allerlei redenen noodzakelijk geacht:
op basis van eerste inventarisatie bleek al dat de verschillen tussen de bestaande
beleidsmatige uitgangspunten èn de vertaling daarvan in de hoogte van
subsidiëring en tarieven op verschillende terreinen erg groot waren.
- Het zonder meer financieel 'harmoniseren' (gelijkelijk herverdelen van de
financiële middelen binnen het bestaande budget en gelijktrekken van de tarieven)
zou wel eens kunnen leiden tot zeer ernstige nadelige gevolgen voor met name een
flink aantal gesubsidieerde organisaties in de voormalige randgemeenten. Dit met
alle maatschappelijke, sociale en culturele gevolgen van dien.
Begin 1997 werden de besluiten van het projectcollege formeel bekrachtigd door de raad van
de 'nieuwe' gemeente Breda. Gelijktijdig wordt de subsidieregelgeving van de voormalige
gemeenten Nieuw-Ginneken, Prinsenbeek en Teteringen ingetrokken. Verder werd de
subsidieregelgeving van de 'oude' gemeente Breda voor de duur van de overgangsperiode van
toepassing verklaard op de 'nieuwe' gemeente Breda.
Nota 'Naar een nieuw Bredaas subsidiebeleid', versie 12-11-99
2