Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: [6080]
Dienst/afdeling: SAW
Agendapuntnummer 23
Aantal bijlagen: 2
Betreft:
Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen.
Inleiding
Met ingang van 1-12-1998 wordt de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) van kracht. De
doelstelling van deze wet is om mensen, die zodanig vastgelopen zijn in hun positie als schuldenaar te
helpen, zodat zij weer in een financieel gezonde situatie terechtkomen. Het middel dat daarvoor in het
leven wordt geroepen is een wettelijke schuldsanering. Hierbij heeft de gemeente ten minste één
taak: het namens het college van burgemeester en wethouders afgeven van een verklaring, dat een
minnelijke schuldhulpverlening niet mogelijk is. Een tweede taak, die de gemeente kan hebben is een
taak als bewindvoerder.
Voorstel
1.De GKB te belasten met het bewindvoerderschap op grond van de Wet Schuldsanering natuurlijke
personen voor het werkgebied van de Gemeentelijke Kredietbank
2.De begroting van de dienst SAW voor 1999 te wijzigen met de geraamde lasten ad 222.650,- en
batenad 208.936,-.
3.De voor de gemeente resterende lasten (ad 13.714,- in 1999) ten laste te brengen van het
budget bijzonder bijstand binnen de begroting van de dienst SAW. De voor de gemeente blijvende
lasten lopen in 2000 op tot 144.621,-, waarna ze weer dalen tot 38.317,- in 2003. Daarna blijven
de lasten gelijk (zie bijlagen).
Motivering/Toelichting
Bewindvoerderschap
Wanneer een schuldenaar in ernstige financiële moeilijkheden verkeert als gevolg van schulden, zal
schuldhulpverlening geboden moeten worden. Deze vorm van hulpverlening behoort tot de reguliere
taak van de Gemeentelijke Kredietbank in het kader van het Bredase armoedebeleid. In dit kader is
van belang dat medio 1998 werd besloten deze schuldhulpverlening te vormen tot een lokale integrale
schuldhulpverlening.
Niet elke schuldhulpverlening leidt ook tot een minnelijke oplossing met de
schuldenaren.Schuldhulpverlening komt dan niet tot stand en dit zou uiteindelijk kunnen leiden tot het
faillissement van de betrokken schuldenaren. Nadat de gemeente (i.e. het college van B&W) een
verklaring heeft afgegeven, dat een minnelijke schuldhulpverlening is mislukt, kan de rechter een
schuldsanering opleggen aan de schuldeisers en deze benoemt dan een bewindvoerder. De taken van
de bewindvoerder zijn divers en ingrijpend voor de schuldenaar.
Als bewindvoerder kunnen worden aangewezen:
advocaten
gemeentelijke kredietbanken
particuliere schuldhulpverleners
De laatste twee moeten aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen, die in een modelreglement zijn
vastgelegd. De Gemeentelijke Kredietbank te Breda is inmiddels gescreend en voldoet aan die
kwaliteitseisen. De Gemeentelijke Kredietbank te Breda is dan ook uitgenodigd als bewindvoerder op
te treden in
het arrondissement Breda samen met het Service Bureau Budgetadvisering te Tilburg.
Relatie met het armoedebeleid
De gemeente Breda voert al geruime tijd een armoedebeleid. Kwijtschelding van gemeentelijke
heffingen, verlening van bijzondere bijstand, de categoriale bijstandsverlening voor duurzame
gebruiksgoederen en de Breda-Pas vormen daarbij belangrijke instrumenten.
Ook de Gemeentelijke Kredietbank heeft een belangrijke rol in dit armoedebeleid. In de eerste plaats
door de verstrekking van sociale kredieten en in de tweede plaats door de schuldhulpverlening en
budgetbeheer.