Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: [5935] Dienst/afdeling: RME/RO Als de opbrengsten teruglopen dan wel de opbrengstgroei lager is dan het landelijke gemiddelde, is sprake van een dreigende situatie. Bij voortduring hiervan wordt de situatie zelfs alarmerend het vooruitzicht van een zieltogend O.V.-stelsel, waarbij minder budget tot minder voorzieningen leidt, vervolgens tot minder reizigers en opbrengsten, tot minder subsidie, nog minder budget enz. Breda heeft te maken met een dergelijke dreigende situatie. Het rijk heeft al periodes van opbrengststagnatie in Breda geregistreerd en de voorlopige BBA-vervoers-cijfers over 1998 laten een stagnatie in de opbrengstontwikkeling zien, terwijl de landelijke trend stijgend is. Gevolg van dit alies is, dat onze gemeente de komende jaren geconfronteerd wordt met een nieuwe reeks grote bezuinigingen te beginnen met 600.000,- in 1999. Een negatieve spiraal-ontwikkeling dreigt. Flinke groei van reizigersaantallen en opbrengsten is broodnodig. 2) De bestuurlijke competentie van de gemeente m.b.t. het locale O.V. In 2001 evalueert het rijk de vervoersprestaties van het locale O.V. in de steden. Maatstaven hiervoor zijn de groei in reizigersaantallen en de bereikte kostendekkingsgraad (streven is 40 de zoge heten 'dubbel-doelsteliing'. Bij onvoldoende presteren is er gerede kans, dat de eigen bevoegdheid van gemeenten over het locale O.V. overgeheveld wordt naar de provincies. Ook een kleine Tweede Kamer-meerderheid wil bekijken of het O.V. in de middelgrote steden op termijn ondergebracht kan worden bij de provincies Een dergelijke ontwikkeling heeft, naast wellicht een voordeel qua afstemming tussen stads- en streekvervoer, grote nadelen voor de gemeente. Ten eerste wordt het moeilijker voor de gemeente om integraal beleid op locaal niveau te realiseren verkeer (en dus ook openbaar vervoer) hangt immers sterk samen met andere beleidsvelden zoals ruimtelijke ordening, economische zaken, volkshuisvesting en milieu. Ten tweede komt de gemeente verder af te staan van de burger die wensen of klachten heeft t.a.v. het openbaar vervoer, omdat de gemeente niet meer eindverantwoordelijke is voor het openbaar vervoer in de stad. Dat is niet logisch, want voor burgers die problemen in hun directe leefomgeving ervaren, is en blijft de gemeente vanzelfsprekend de eerst aan te spreken overheidsinstantie. Bevoegdheid over het O.V. is dus een belangrijk en logisch beleidsinstrument voor de gemeente (zie ook de notitie 'Locaal wat locaal kan' van het B.O.S. 3) Essentiële betekenis busroutes binnenstad voor O.V.-Nota Duidelijkheid over het O.V.-netwerk in de binnenstad is essentieel voor de kwaliteit en potenties van het O.V.-netwerk in geheel Breda en daarmee onmisbaar voor de basis en inhoudelijke uitwerking van de O.V.-Nota (deelnota volgens SW-Breda 1991). 4) De samenhang tussen enerzijds de O.V.-kwaliteit in de binnenstad en de gehele stad en anderzijds de projecten Stationsgebied en Oost-/Westflank en de financiering daarvan Ter financiering van de grote en beeldbepalende mega-projecten Stationsgebied en Oost-/Westflank is rijkssubsidie essentieel (Meerjarenproramma Infrastructuur en Transport M.I.T., onderdeel begroting V. W.). Voor het MIT-programma worden echter vele malen meer projecten aangemeld dan waarvoor het rijk investeringsmiddelen beschikbaar heeft. Het is daarom van het allergrootste belang maximale inspanning te plegen om de prioritering door het rijk positief te beïnvloeden. Daar, waar sprake is van grote integrale projecten zoals de Oost-/Westflankontwikkeling, is het cruciaal dat alle elementen van hetzelfde kwaliteitsgehalte zijn. Ook de samenhang tussen de diverse projecten is belangrijk (integraliteit van beleid). Het ministerie wijst hier met regelmaat nadrukkelijk op. Eén minder sterk uitgewerkte schakel kan de prioritering al negatief beïnvloeden. De kwaliteit van het O.V.-netwerk (krachtig medebepaald door het O.V.-netwerk in de binnenstad) is zonder twijfel meer dan een subtiel onderdeel van de planontwikkeling Oost-/Westflank en Zuidelijk Vervoerknoop- punt/Stationsgebied/Spoorzone.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 257