VERORDENING TOT AANPASSING VAN DE PARKEERVERORDENING BREDA 1995
Artikel 3 vervalt.
Artikel 4 wordt vervangen door artikel 3, zoals hieronder omsclireven:
Artikel 3
1. Burgemeester en wethouders verlenen een verguiming als bedoeld in artikel 2, eerste lid aan:
a. eigenaren of houders van motorvoertuigen, die wonen in door burgemeester en wethouders
aangewezen weggedeelten, weg, wegen en zones (vergunning op kenteken).
b. Eigenaren of houders van motorvoertuigen, die een beroep of bedrijf uitoefenen in de door
burgemeester en wethouders aangewezen weggedeelten, weg, wegen en zones, indien zij naar
genoegen van burgemeester en wethouders aantonen dat het in het belang van hun beroeps-of
bedrijfsuitoefening noodzakelijk is. in het aangewezen gebied met hun motorvoertuig te
parkeren (vergunning op naam).
c. Eigenaren of houders als genoemd onder sub a. in bij beleidsregel nader door burgemeester en
wethouders te bepalen gevallen (krasvergunning).
d. Bewoners, niet zijnde eigenaren of houders van motorvoertuigen, die woonachtig zijn in door
burgemeester en wethouders aangewezen weggedeelten, weg, wegen en zones, in bij
beleidsregel nader door burgemeester en wethouders te bepalen gevallen
(bezoekersvergunning).
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kunnen burgemeester en wethouders in bijzondere
gevallen vergunning verlenen aan anderen dan de in het eerste lid genoemde categorieën.
De leden 1,2 en 5 van artikel 5 wordt artikel 4 zoals hieronder omschreven:
Artikel 4
1De vergunning als bedoeld in artikel 3 eerste lid sub a,b, en c wordt gesteld op naam van de eigenaar of
houder van het motorvoertuig;
2. De vergunning als bedoeld in artikel 3 eerste lid sub d wordt gesteld op naam van de bewoner en
vermeldt het kenteken van het motorvoertuig van de eigenaar of houder (Bezoeker).
3. De vergunning als bedoeld in artikel 3 eerste lid sub a.b en d bevat de naam van de vergunninghouder,
het kenteken of ander kenmerk van het motorvoertuig, de periode waarvoor de vergunning geldt en.
voorzover van toepassing, de daaraan gestelde voorschriften of beperkingen.
4. De vergunning als bedoeld in artikel 3 eerste lid sub c is overdraagbaar aan houders en eigenaren van
andere motorvoertuigen dan in de vergunning vermeld.
