Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: [7519] Dienst/afdeling: RME/JZ Consequenties Communicatie Commissiebehandeling Belanghebbende kon dus in planologisch opzicht geconfronteerd worden met de oprichting van een vrijstaande woning van onbepaalde oppervlakte met een goothoogte van 4,50 meter, een nokhoogte van 7 meter en een afstand tot de zijdelingse perceelsgrens van 3,50 meter. De oppervlakte van de gerealiseerde woning bedraagt 100 m2 (exclusief de oostelijk gelegen garage), een goothoogte van 3 meter en een nokhoogte van 7 meter en gesitueerd op een afstand van 5 meter uit de perceelsgrens. In feite is dus op dit oostelijk gelegen perceel een woning opgericht gelegen op een grotere afstand uit de perceelsgrens en met beperktere afmetingen dan hetgeen planologisch is toegestaan. Derhalve is van een planologisch nadeliger positie voor belanghebbende geen sprake en daarmee evenmin van schade, die op de voet van artikel 49 WRO voor vergoeding in aanmerking komt. SAOZ adviseert dan ook het verzoek om planschadevergoeding af te wijzen Ons college kan instemmen met het door SAOZ aan uw raad uitgebrachte advies en adviseert uw raad eveneens het verzoek om planschade af te wijzen. Juridische Tegen het raadsbesluit kan ingevolge de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na bekendmaking van het raadsbesluit bezwaar worden ingesteld bij de raad, waarna beroep openstaat bij de rechtbank en hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De aanvrager is in het bezit gesteld van een afschrift van het rapport van SAOZ en een copie van het concept-raadsvoorstel en concept-raadsbesluit. De commissie Ruimtelijke Ordening kan zich met dit voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Breda, C.G.J. Rutten, burgemeester. 7 -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 618