8 2. Besteding reserves IDLW-regeling De overschotten van de EWLW-subsidies van de afgelopen jaren blijven ter beschikking van de gemeente t.b.v. de uitvoering van de regeling. Voor een richtige besteding van deze reserves en met in gedachte reële mogelijkheid van een bescheiden aanvulling van deze reserves in de toekomst, is het navolgende beste dingsplan opgesteld. 2.1. Formatie ID-unit Detacheringsbedrijf. Ten gevolge van nieuwe regelgeving zijn de taken van de gemeente (dus de werk zaamheden van het DB) voor de uitvoering van de IDLW aanzienlijk uitgebreid. Enerzijds gaat het om de zorg voor de zorgbanen vanaf 2000, anderzijds betreft het de zorg voor door- en uitstroom. Gevoegd bij de circa 250 banen die de komende vier jaar gerealiseerd moeten worden en de wijziging in het karakter van het cliëntenbestand, is het o.i. zeer noodzakelijk de formatie van de ID-unit (wellicht tijdelijk) substantieel uit te breiden. De vraag is of deze uitbreiding gedekt kan worden binnen de reguliere ID- exploitatie; zo niet dan zal vanuit de reserves aanvulling moeten plaatsvinden. De geraamde kosten omvatten 0,5 fte ID-consulent, 0,5 fte administratieve kracht en 0.5 fte financiële kracht: 140.000,- 2.2. Werkgelegenheidsprojecten. In de bijdrage van de BSW Bedrijven aan de kadernota is nadrukkelijk gewag gemaakt van de onzekere financiering van een aantal werkgelegenheidsprojecten. Hiervoor zijn dan ook extra middelen gevraagd, met name de BuurtServiceTeams. De mogelijkheid om vanuit de IDLW reserves onderdelen van de exploitatie van WGP te financieren (zoals de componenten begeleiding/aansturing en training en scholing) opent n.a.w. voor de bestuurlijke besluitvorming rondom de kadernota perspectieven. Vanuit de reserves kan voor de periode van 3 jaar het exploitatie tekort van de BuurtServiceTeams worden afgedekt. Aangetekend moet worden dat de beleidsmatige betrokkenheid vanuit de verschillende gemeentelijke diensten een voorwaarde blijft bij het welslagen van de Buurtserviceteams. De geraamde exploitatie-tekorten over 3 jaar zijn 1.200.000,-. 2.3. Versnelde realisering ID-banen. Ervan uitgaande dat er voldoende aanbod van cliënten is (al dan niet via alternatie ve werving) zal ruimschoots voor het einde van het jaar het beschikbare, d.w.z. gesubsidieerde quotum zijn gerealiseerd. Anticiperend op de quota van de volgen de jaren zou dat reeds gestart kunnen worden met de invulling van banen voor die periode. Dit betekent wel dat voor die extra banen geen financiering vanwege het rijk mag worden verwacht voor dit jaar, die wordt pas verkregen in het jaar dat het betreffende quotum. Voor de banen die dus een jaar eerder (als extra) worden gerealiseerd zou een beroep moeten worden gedaan op de reserves. De kosten dit met zich brengt kunnen als volgt worden geraamd: gedurende drie jaar worden oplopend 50 ID-banen versneld gerealiseerd, dit betekent dat ongeveer over de zelfde periode de financiering van deze banen niet gedekt is, in totaal ruw geschat 50 x ƒ36.000,- 1.800.000,-.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 682