Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: [7709] Dienst/afdeling: RME/JZ Ten aanzien van de rijksweg A 58 werd door de raad van de voormalige gemeente Nieuw-Ginneken op 30 juni 1981 het bestemmingsplan "Verkeerswegen" vastgesteld en dit bestemmingsplan werd bij besluit van 22 juni 1982 goedgekeurd door Gedeputeerde staten van Noord-Brabant. Bij Koninklijk Besluit van 14 november 1986 is dit bestemmingsplan onherroepelijk geworden. Dit bestemmingsplan geeft aan de gronden waar de rijksweg is gelegen de bestemming "verkeersdoeleinden". De onroerende zaak van belanghebbenden is gelegen op een afstand van circa 350 meter uit de as van de rijksweg. Een strook ter breedte van circa 50 meter aan de weerszijden van de rijksweg heeft op grond van dit bestemmingsplan de bestemming "Agrarisch gebied zonder bebouwing met landschappelijke waarde". De gronden met deze bestemming zijn bestemd voor agrarische produktiedoeleinden, het behoud en/of herstel van de aanwezige landschappelijke waarde alsmede als onbebouwde zone langs verkeerswegen. Ter plaatse mogen geen bouwwerken worden opgericht, behoudens terreinafscheidingen. Wel is het college van burgemeester en wethouders bevoegd vrijstelling te verlenen van dit bouwverbod voor het oprichten van bouwwerken, geen woningen zijnde, die uit een oogpunt van doelmatige agrarische bedrijfsvoering ter plaatse noodzakelijk zijn, zoals veldschuren, schuilgelegenheden en melkstallen. Voorafgaand aan het van kracht worden van het bestemmingsplan "Verkeerswegen" vigeerde in het betrokken gebied het bestemmingsplan "Uitbreidingsplan in hoofdzaak". Op grond van dit bestemmingsplan hadden de gronden waarop de rijksweg is aangelegd de bestemmingen "Agrarische bebouwing" categorieën l.ll en III. Op grond van de bij deze bestemmingen behorende planvoorschriften mocht bebouwing op deze gronden van agrarische bedrijven met inbegrip van woningen en bebouwing van andere aard zoals in deze voorschriften vermeld gerealiseerd worden. Door ons college werd bij besluit van 12 november 1997 bouwvergunning verleend ten behoeve van het oprichten van een tuinbouwloods op het perceel Strijbeekseweg 21. Deze inmiddels gerealiseerde loods heeft aan de naar belanghebbenden gerichte zijde een lengte van 40 meter en een goothoogte van 3,70 meter. De nokhoogte van de loods bedraagt 7,60 meter. Het bestemmingsplan "Buitengebied 1996" van de voormalige gemeente Nieuw-Ginneken op grond waarvan de bouwvergunning werd verleend ten behoeve van deze tuinbouwloods heeft rechtskracht doch is nog niet onherroepelijk geworden. Formeel-juridisch gezien dient het verzoek van belanghebbenden, voor wat betreft de ontwikkelingen op het naastgelegen perceel, reeds om deze reden thans te worden afgewezen. Aangezien dit bestemmingsplan ter plaatse reeds rechtskracht heeft verkregen c.q. het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan geen wijzigingen ten opzichte van de huidige situatie met zich meebrengen zal, wordt dit bestemmingsplan in onze overwegingen over het verzoek van belanghebbenden betrokken. Door belanghebbenden wordt gesteld dat ten gevolge van planologische mutaties schade geleden wordt in de vorm van waardevermindering van hun onroerende zaak. SAOZ komt in het uitgebrachte advies tot de navolgende conclusie: Op grond van het bestemmingsplan "Verkeerswegen" is de rijksweg A 58 c.a. aangelegd. De afstand van het object van belanghebbenden tot aan de as van de rijksweg bedraagt circa 350 meter. De rijksweg is ter plaatse verdiept aangelegd, zodat van visuele hinder geen of amper sprake is. Het geluid van het verkeer op de weg is, mede door de betrekkelijk grote afstand, weliswaar hoorbaar doch niet overheersend. De nadelige gevolgen van de aanleg van de rijksweg zijn dan ook van zeer beperkte betekenis te achten. Het nadeel verliest in planologisch opzicht echter alle betekenis indien men bedenkt dat het voorheen geldende "Uitbreidingsplan in hoofdzaak" ter plaatse van zowel de rijkswegwerken als het tussen de rijksweg en het object van belanghebbenden gelegen gebied, mogelijkheden bood voor de oprichting van bebouwing tot een doel die naar zijn aard een veel nadeliger invloed op zijn omgeving zou hebben. -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1999 | | pagina 716