Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: [7559]
Dienst/afdeling: RME/MA
laste van de reserve bodemsanering en het resterende bedrag ad 1.557.875,- wordt gedekt uit
bijdragen van rijk en provincie.
Daarnaast wordt opgemerkt dat de sanering van het noordelijk gedeelte van het voormalig
gemeentelijk vervoersbedrijfsterrein aan de Slingerweg in 1999 zal aanvangen; hiervoor is ai krediet
verleend. Het saneringsonderzoek voor het zuidelijk gedeelte van dit terrein wordt op dit moment
verricht; de gemeente Breda zal deze kosten in zijn geheel voor haar rekening moeten nemen; eind
1999 zal een apart voorstel tot financiering hiervan worden ingediend.
De gemeente heeft het project Hoornwerkstraat e.o. halverwege 1999 bij de provincie aangemeld en
deze heeft zich bereid verklaard dit project alsnog voor 1999 op het programma te zetten. Dit betekent
dat in 1999 het saneringsplan c.q bestek opgesteld zal worden, waarna gesaneerd zal worden. De
kostenverdeling zal dezelfde zijn als bij de overige bodemsaneringsprojecten die in het
bodemsaneringsprogramma zijn opgenomen, d.w.z. per sanering inclusief voorafgaande onderzoeken
ƒ100.000,- 7,5% van het meerdere.
3. Grootschalig historisch onderzoek/ gemeentelijk bodemproaramma.
Uw Raad heeft in 1998 een budget gevoteerd om twee BIO's (Bijzonder Inventariserende
Onderzoeken) te verrichten, namelijk naar benzinestations en chemische wasserijen. Op 15
december 1998 heeft u er mee ingestemd om dit budget om te zetten als budget voor het verrichten
van een grootschalig historisch onderzoek naar alle (voormalige) bedrijfslokaties. Bij dit onderzoek is
dossieronderzoek verricht van 8995 (voormalige) bedrijfslokaties.
De eerste stap van dat onderzoek, de zogeheten inventarisatiefase, is eind maart afgerond. In totaliteit
bevat het adressenbestand nu 8995 locaties over de periode van 1826 tot heden. De resultaten geven
aan dat 6258 lokaties (70%) verdacht zijn (verdacht mogelijk verontreinigd) en 2733 onverdacht
(30%).
Op basis van de (voormalige) bedrijfsactiviteiten per locatie en de daaraan gekoppelde risico's van
bodemverontreiniging wordt dit adressenbestand omgezet in een zogeheten prioriteitenbestand.
Hiertoe worden de locaties gerangschikt op basis van de kans en mate van bodemverontreiniging. Het
definitieve bestand is eind mei ter beschikking gekomen.
Op basis van het prioriteitenbestand zal vervolgens inhoud gegeven worden aan het Bredase
bodemprogramma. Het bestand zal daartoe gescreend worden met als doel die locaties waar de
bodemproblematiek al wordt of is aangepakt, eruit te halen.
De resterende locaties worden gebruikt voor onderbouwing van het Bredase bodemprogramma. De
afstemming met het provinciaal bodemsaneringprogramma zal gelijktijdig plaatsvinden. Het Bredase
bodemprogramma zal de basis vormen voor de nieuwe financieringsmethodiek van bodemprojecten
per 1/1/2000.
In de loop van 1999 zult u nog uitvoerig omtrent de resultaten van dit onderzoek geïnformeerd worden
en zal een voorstel omtrent het programma voorgelegd worden.
4 Historisch onderzoek naar bodemkwaliteit gedempte grachten en ophogingen plus het hiervoor
benodigd krediet.
De directie Milieu is op dit moment bezig met het in beeld brengen van de bodemgesteldheid van de
gehele stad in de vorm van bodemkwaliteitskaarten. Het is van groot belang om een totaal overzicht te
hebben van de milieuhygiënische gesteldheid van de bodem. Dit is te meer noodzakelijk aangezien in
de naaste toekomst, vanaf 2004, de gemeente Breda verplicht zal zijn de bodemkwaliteit van de
gehele stad in beeld te hebben. Daarnaast is het ook voor de korte termijn van belang. Per 1 juli 1999
treedt het Bouwstoffenbesluit in werking; dit Besluit stelt eisen aan de kwaliteit van de grond bij
toegepassing in werken; elke partij grond moet voorzien zijn van een keuring. Er is van dit besluit een
vrijstellingsregeling. Om van deze regeling gebruik te kunnen maken is het verplicht om te beschikken
over bodemkwaliteitskaarten. De basis van het opstellen van de bodemkwaliteitskaarten wordt op dit
moment gevormd door een drietal clusters van gegevens
- ten eerste door het bodeminformatiesysteem (BOSS), waarin alle locaties waar ooit een
bodemonderzoek en/of sanering heeft plaatsgevonden, zijn geregistreerd (+/- 2400 rapporten);
- ten tweede de gegevens die voortvloeien uit het grootschalig historisch onderzoek (van potentieel
verontreinigde locaties)
-3-