Pagina 9
deze knelpunten. Om e.e.a. goed te organiseren zal hiervoor een afzonderlik draaiboek worden
opgesteld.
3. De derde workshop heeft betrekking gehad op de financiële aspecten. Gemeente en
woningbouwvereniging Volkshuisvesting hebben verschillende manieren van berekenen van
kosten en opbrengsten gepresenteerd. Deze workshop krijgt intern binnen de gemeente een
vervolg. Daarna wordt opnieuw gezamenlijk overlegd.
Er zal nog een workshop worden georganiseerd. In deze workshop zullen de uitkomsten van de eerste
drie workshops worden gepresenteerd en besproken. De gehanteerde werkwijze heeft tot nu toe geleid
tot een groot draagvlak voor de wijze van planontwikkeling. In september 1999 zal de manier van
werken worden geëvalueerd en besproken met alle woningbouwverenigingen en de overkoepelende
organisatie van bewoners. Dan zal blijken of er, op basis van de opgedane ervaringen, gekomen kan
worden tot afspraken over een wijze van aanpak en werkwijze.
Naast deze workshops zal een afzonderlijke meningsvorming plaatsvinden over de toekomstige
differentiatie van Geeren-noord en dus ook de B. de Wildestraat. In deze meningsvorming zal
uitdrukkelijk rekening worden gehouden met het beleidsuitgangspunt voor differentiatie, nl.
spiegelbeeldig bouwen en beheren. Ook zal uitdrukkelijk rekening worden gehouden met de VINEX-
uitbreiding die tegen Geeren-noord wordt aangebouwd en enkele voornemens van
woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda om ook ander flats in Geeren-noord te
herstructureren. Ontwikkelingen op de woningmarkt zijn van invloed op het tempo en de mate van
ingrijpen.
Afstemming met ontwikkelingen op de woningmarkt
De lokale woningmarkt is nog gespannen. Breda kent een groot verschil tussen de kwaliteit van de
aangeboden woningen en de woningen die worden gevraagd. Dit blijkt uit een in het najaar 1998
uitgevoerd onderzoek naar de stand van zaken op de lokale woningmarkt en uit onderzoek van
OmniGis. Op basis van deze onderzoeken wordt momenteel een instrument ontwikkeld om effecten
van herstructurering te kunnen beoordelen. Het gaat dan om de effecten voor andere buurten én
effecten voor de stad en regio.
Getalsmatig zijn er in Breda voldoende woningen voor het huisvesten van de doelgroepen van beleid.
Echter de hiervoor beschikbare woningen zijn niet altijd bereikbaar of hebben niet de gevraagde
kwaliteit, b.v. goede woningen voor ouderen. Het bouwen van nieuwe woningen op de VINEX-
locaties zal leiden tot een doorstroming waardoor naar verwachting de bereikbaarheid toeneemt (de
verandering van de kwaliteit zal door herstructurering moeten plaatsvinden). Hierdoor ontstaat ook de
mogelijkheid om de bestaande eenzijdig samengestelde woningvoorraad in Hoge Vucht/Doornbos-
Linie te herstructureren. Deze mogelijkheden moeten dan wel worden benut omdat anders een te grote
eenzijdigheid in de instroom van nieuwe bewoners kan ontstaan. De nieuwbouw wordt beschouwd als
een voorwaarde om te kunnen komen tot herstructurering. Tevens zal het realiseren van nieuwbouw
met een lage huur het karakter hebben van vervangingsnieuwbouw.
De ontwikkelingen op de locale en regionale woningmarkt zullen de komende jaren intensief worden
gevolgd door middel van een woningmarktmonitor. Indien uit deze monitoring blijkt dat de
huisvestingskansen als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen en/of de herstructurering van de
bestaande voorraad, verminderen, zal in andere buurten (ook de nieuwe buurten) van Breda
huisvestingsmogelijkheden moeten worden gecreëerd. De nieuwbouw op de uitbreidingslocaties zal
daarmee meer worden geplaatst in de context van herstructurering van de woningvoorraad in de
bestaande stad.
Het plan is niet afgestemd op regionaal niveau. Deze afstemming zal plaatsvinden op basis van het op
te stellen ontwikkelingsprogramma Grote Stedenbeleid en Stedelijke Vernieuwing en de Stadsvisie.
Aanvraag voor een bijdrage ter stimulering van de herstructurering van de goedkope woningvoorraad.
Plan Noordoost en B. de Wildestraat, BRBDA, 24 mei 1999