Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: [8060]
Dienst/afdeling: SAW/PROJ
Agendapuntnummer 177
Betreft:
Voorstel
Motivering/Toelichting
Aantal bijlagen: 1
bijzondere beleidsregels subsidieverstrekking verenigingsgebruik Bredase zwembaden
Inleiding
In het kader van de besluitvorming over de "aanbesteding zwembaden" (30-5-1996) en de gunning van
ontwerpen, realiseren en exploiteren van de toekomstige Bredase zwembaden (31-10-1996) heeft de
gemeenteraad onder andere de kaders voor het toekomstige verenigingsgebruik van de nieuwe
zwembaden vastgelegd:
1. de (huidige) indirecte gemeentelijke bijdrage in de kosten van het verenigingsgebruik via het
exploitatietekort van de Stichting Zwemvoorzieningen Breda moet worden vervangen door een
directe vorm van subsidie aan de verenigingen:
2. voor deze directe subsidie moet een regeling worden opgesteld, die aan de volgende eisen moet
voldoen:
a. de verenigingen mogen geen nadelige financiële consequenties van de nieuwe regeling
ondervinden,
b. de verenigingen mogen er ten opzichte van de bestaande situatie niet in beschikbare uren op
achteruit gaan,
c. het aantal subsidiabele uren mag geen "open eind" kennen;
3. de exploitant beslist over aspecten als inroostering en urenverdeling. De gemeente heeft hierbij
geen rol en zal in geval van meningsverschillen tussen verenigingen en exploitant niet als "arbiter"
optreden;
4. aantal en inhoud van subsidiabele verenigingsuren worden in de op te stellen subsidieregeling
vastgelegd. Conform hetgeen hierover is opgenomen in het "aanbestedingsdocument" en de nog
af te sluiten "exploitatie-overeenkomst betreft het tenminste 44 "vaste wekelijkse uren" en een
nader te bepalen aantal "incidentele uren" op jaarbasis. Het accent van dit verenigingsgebruik
dient in het nieuwbouwbad "Wisselaar" te liggen.
In de hierbij ter vaststelling voorgelegde regeling is getracht bovengenoemde uitgangspunten van
de gemeenteraad te vertalen in een praktisch hanteerbare subsidierichtlijn.
1de "bijzondere beleidsregels subsidieverstrekking verenigingsgebruik Bredase zwembaden" vast
te stellen, een en ander overeenkomstig bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte bijlage
2. voor de uitvoering van de ad 1bedoelde subsidieregeling een structureel en jaarlijks te indexeren
subsidieplafond in te stellen van 183.594 per jaar (prijspeil 2000);
3. akkoord te gaan met dekking van de ad 2. genoemde structurele jaarlast van deze
subsidieregeling binnen de voor het "zwembadenproject" beschikbare structurele middelen ad
4.657.342 per jaar (prijspeil juli 1996);
4. instemmen met verwerking van de besluiten ad 1Tot en met 3. Binnen de begroting 2000 van de
dienst SAW en in het bijbehorende subsidieprogramma Welzijn 2000.
Op basis van de in de inleiding genoemde uitgangspunten is een ambtelijk concept voor bedoelde
"subsidieregeling" opgesteld en in de loop van 1998 en 1999 diverse malen besproken met zowel de
Bredase zwemverenigingen als met de toekomstige exploitant ESN-Breda.
Overeenstemming met beide betrokkenen is bereikt over het aantal uren (maximaal 44 wekelijkse
uren en 180 incidentele uren op jaarbasis) en over de omschrijving van wat de verenigingen in deze
subsidiabele uren wel en niet aan activiteiten mogen uitvoeren.
Hiermee is bereikt, dat aan de in de inleiding genoemde randvoorwaarden wordt voldaan: het totaal
aantal uren verenigingsgebruik komt overeen met het huidige gebruik en geeft ten aanzien van de
incidentele uren zelfs iets meer ruimte dan nu beschikbaar is. Tevens is de regeling gebaseerd op een
-1-