Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: [8712]
Dienst/afdeling: RME/JZ
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Motivering/Toelichting
Agendapuntnummer 196
Aantal bijlagen: -
Het toekennen van een verzoek om planschadevergoeding inzake het pand Valdijk 11 a te
Prinsenbeek.
Door de heer M. van Gooi, Valdijk 11 a te Prinsenbeek is een verzoek om planschadevergoeding* ex
artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening ingediend.
In de vergadering van 23 juli 1998 heeft uw raad besloten het verzoek ontvankelijk te verklaren en
voor advies in handen te stellen van de schadebeoordelingscommissie, de Stichting Adviesbureau
Onroerende Zaken te Rotterdam.
Het door SAOZ uitgebrachte advies is op 2 september 1999 ingekomen en voor uw raad ter inzage
gelegd.
Te besluiten tot het toekennen van planschade aan verzoeker een en ander overeenkomstig het bij dit
voorstel behorend concept-raadsbesluit.
De raad van de voormalige gemeente Prinsenbeek heeft bij besluit van 25 februari 1993 het
bestemmingsplan "Centrum-Herziening Loopstraat-Paantjesstraat" vastgesteld. Het bestemmingsplan
is goedgekeurd bij besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant van 14 mei 1993.
Dit bestemmingsplan voorziet o.a. in de planologisch-juridische regeling voor de bouw van een
(grotere) opslagruimte met bovenwoning aan de westzijde van de Loopstraat te Prinsenbeek.
De opslagruimte met bovenwoning is inmiddels gerealiseerd op dit perceel (gedeeltelijk) gelegen
achter de woning van de heer van Gooi. Verzoeker heeft het zakelijk recht van vruchtgebruik van het
pand Valdijk 11 a te Prinsenbeek.
Door de heer M. van Gooi wordt planschade op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijkje
Ordening geclaimd als gevolg van het verlies van privacy.
In zijn verzoek om planschadevergoeding refereert verzoeker aan een eerdere uitkering van
planschade door uw raad aan de vruchtgebruikers van het pand Valdijk 11 te Prinsenbeek.
Zoals hiervoor reeds vermeld werd het verzoek om planschadevergoeding door uw raad ontvankelijk
verklaard en voor advies in handen gesteld van de planschadebeoordelingscommissie, de Stichting
Adviesbureau Onroerende Zaken te Rotterdam.
Bij brief van 2 september 1999* heeft SAOZ advies uitgebracht. De
planschadebeoordelingscommissie komt tot de conclusie, dat het bestemmingsplan "Centrum-
Herziening Loopstraat- Paantjesstraat" een nadeliger planologische situatie voor verzoeker met zich
meebrengt dan het daarvoor vigerende bestemmingsplan "Centrum", zoals dat is vastgesteld door de
raad van de voormalige gemeente Prinsenbeek bij besluit van 27 november 1986 en goedgekeurd
door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant bij besluit van 6 juli 1987.
Het belangrijkste verschil tussen genoemde bestemmingsplannen is het wijzigen van het gebruik van
de verdieping van het gebouw (bovenwoning) en het onvermijdelijk en onontkoombaar overheersend
gericht zijn van de bovenwoning op het perceel van verzoeker.
Vanuit de bovenwoning, die op basis van het bestemmingsplan "Centrum-Herziening Loopstraat-
Paantjesstraat" planologisch-juridisch is mogelijk gemaakt, is zicht op de tuin en in de woning van
verzoeker mogelijk.
Deze invloed van de bovenwoning op het perceel van verzoeker kan niet door afschermend groen
worden verminderd of weggenomen, waardoor het woongenot vermindert vanwege verlies aan
privacy.
Hierdoor ontstaat een waardevermindering van de woning van verzoeker.
De omvang van de waardevermindering is afhankelijk van een aantal factoren, waaronder de aard en
de waarde van het getroffen object, de aard en de ernst van de inbreuk in verhouding tot de oude
-1-