Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 12989]
Dienst/afdeling: RO
Motivering/Toelichting
A) 160.000,- vrijval budget kruispunt Konijnenberg Backer en Rueb-weg, oorspronkelijk
beschikbaar gesteld vanuit het DSB-krediet 'doorstromingsprojecten openbaar vervoer,
M.I.P. 2.2.3 jaarschijf 1999, en inmiddels afgedekt door een verleende subsidie in het
kader van de zogeheten De Boer-regeling (loopt via provincie);
B) 125.000,- restant krediet reconstructie Konijnenberg-noord (raadsbesluit 2062, 15-2-
1998); deze vrijval is het gevolg van een gunstige uitvoering en maximale subsidietoe
kenning;
C) 35.000,- vanuit de Reserve Openbaar Stadsvervoer van de dienst RME;
2. in samenhang met het sub 1) genoemde deelproject de kosten voor de vervanging van het
verkeersregeltoestel bij het kruispunt Nieuwe Kadijk Oosterhoutsweg, groot 200.000,-, af
te dekken vanuit het MIP post 2.2.3 'doorstromingsmaatregelen openbaar vervoer De Boer'
jaarschijf 2000;
3. de begroting van het concern en de dienst RME dienovereenkomstig te wijzigen.
Het doorstromingsproject openbaar vervoer Breda-Oosterhout (huidige lijnen) is nog niet geheel
uitgevoerd. Het laatste nog uit te voeren deelproject bestaat uit OV-doorstromingsmaatregelen
en aanleg van bushaltes bij het kruispunt Oosterhoutseweg Nieuwe Kadijk. Het totale tekort op
het gehele doorstromingsproject, inclusief de nog aan te leggen voorzieningen bij het kruispunt
Nieuwe Kadijk Oosterhoutseweg is becijferd op 320.000,-. Het bedrag is als volgt opgebouwd:
1) 288.695,- voor de nog uit te voeren maatregelen bij het kruispunt Oosterhoutseweg
Nieuwe Kadijk, alsmede nog openstaande facturen van de eerste vier kruispunten;
2) 11.305,- afronding en onvoorzien;
3) 20.000,- nog ongedekte programmeerkosten verkeersregelinstallaties bij de afdeling RO.
Het totale tekort kan afgedekt worden vanuit de volgende budgetten:
A) 160.000,- vrijval budget kruispunt Konijnenberg Backer en Rueb-weg, oorspronkelijk
beschikbaar gesteld vanuit het Stadsbeheerkrediet 'doorstromingsprojecten openbaar
vervoer De Boer', M.I.P. 2.2.3, jaarschijf 1999 en naderhand dubbel afgedekt door een
verleende subsidie in het kader van de zogeheten De Boer-regeling (loopt via provincie);
B) 125.000,- restant krediet reconstructie Konijnenberg-noord (raadsbesluit 2062, 15-2-1998);
deze vrijval is het gevolg van een gunstige uitvoering en maximale subsidietoekenning (BOB
en een provinciale subsidie);
C) 35.000,- vanuit de Reserve Openbaar Stadsvervoer van de dienst RME.
Zodra de financiële middelen beschikbaar zijn, kan de gemeente Breda de nog openstaande
facturen voldoen. Vervolgens moet de B.B.A. in overleg met Rijkswaterstaat en de provincie
Noord-Brabant de overdracht van de subsidieverplichting te regelen van rijk naar provincie.
Het rijk heeft te kennen gegeven, dat de declaraties voor het totale project uiterlijk op
1-11-2000 ingediend moeten zijn. Deze datum is voor Breda als opdrachtnemer niet haalbaar.
Uit ambtelijke contacten is gebleken, dat beide instanties zich in principe welwillend opstellen
wat dit betreft. Zodra de overdracht is geregeld, kan de B.B.A. als opdrachtgever van het project
aan de gemeente Breda opdragen ook de laatste maatregelen bij het kruispunt
Oosterhoutseweg Nieuwe Kadijk uit te voeren. Het streven is dit kruispunt, als laatste in een
reeks van vijf kruispunten binnen het OV-doorstromingsproject Breda-Oosterhout (huidige
lijnen), zo spoedig mogelijk aan te pakken, zodat uiterlijk voorjaar 2001 de bushaltes bij het
kantorenpark Doornbos en de firma BEN in gebruik genomen kunnen worden.
-2-