Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 13431] Dienst/afdeling: ASBB Motivering/Toelichting Beleidsmatige toelichting Een aantal uitgangspunten en ontwikkelingen is van belang voor de kostenontwikkeling. In deze paragraaf worden die kort toegelicht. Verwerkingstarief restafval De belangrijkste wijziging ten opzichte van de concernbegroting is de verlaging van het verwerkingstarief van restafval. In het midden-scenario wordt uitgegaan van een verwerkingstarief van fl. 315,-- per ton in plaats van fl. 330,-- per ton zoals aangekondigd bij de concernbegroting. Belangrijkste verklaring voor het verschil is dat de Belasting Inzameling Restafval (BIR) van het Rijk niet doorgaat en de Wet Belasting Milieugrondslag (WBM) wel. De BIR was aangekondigd in de miljoenennota. Hiermee zou een belasting worden doorgevoerd op ingezameld huishoudelijk restafval van 30 gulden per ton. De WBM heeft tot doel de kosten van storten in de buurt van het verbrandingstarief te brengen om zo storten van brandbaar afval (uit financieel oogpunt) te voorkomen. In 1999 werd besloten tot een gefaseerde invoering van een tariefsverhoging van fl. 100,--. Vorig jaar is de WBM-belasting op het storten van brandbaar afval verhoogd tot bijna fl. 142,- per ton. In 2001 wordt de WBM verder verhoogd tot 167 gulden per ton. Toetreding tot nieuwe Regeling Milieu en Afval Regio Breda Binnenkort zal u een voorstel worden voorgelegd over de toetreding tot de Gemeenschappelijke Regeling Milieu en Afval Regio Breda en daarmee samenhangend met de verkoop van de Regionale Stortplaats Zevenbergen. Nadat deze Regeling rechtskracht heeft verkregen zal de Gemeenschappelijke Regeling Stadsgewest Breda officieel ophouden te bestaan. De medewerkers van de nieuwe Regeling zullen worden gehuisvest bij de gemeente Breda. Met de verkoop van de stortplaats is de regeling Stadsgewest Breda 1990 officieel beëindigd. Voor de nieuwe Regeling zal een kostenverdeling worden gemaakt tussen RME en DSB. Milieustations Momenteel heeft de gemeente Breda twee tijdelijke milieustations aan het Spinveld en aan de Slingerweg. In 2000 is de realisatie van twee definitieve milieustations op de Slingerweg en de Krogten/Spinola verder voorbereid. Op 8 augustus heeft bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State een hoorzitting plaatsgevonden in het kader van de bezwaren tegen de benodigde bestemmingsplanwijziging Slingerweg. Hier is het voor de gemeente Breda positieve advies van de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak toegelicht. Op een definitieve uitspraak wordt nog gewacht. Het beleid is gericht op een snelle realisatie van dit milieustation. Hierbij moet wel rekening worden gehouden bij de ontwikkelingsvisie Slingerweg die door de dienst RME wordt opgesteld. De voorbereiding voor de realistatie van het tweede definitieve milieustation als onderdeel van het Ecocentrum de Krogten (combinatie gemeentelijke milieustation en regionaal overslagstation) is momenteel onderdeel van discussie. Vernieuwing collectieve afvalvoorzieningen Collectieve afvalvoorzieningen (bijvoorbeeld cocons bij flats en glas) zorgen voor een behoorlijke druk op de leefomgeving. Ze zijn veelal in de openbare ruimte geplaatst waar ze het straatbeeld vervuilen. Verder is het vaak niet mogelijk de cocons zo te plaatsen dat ze geen overlast opleveren voor de omgeving. Naast de behoefte aan de verbetering van de omgevingskwaliteit is er ook een behoefte aan vernieuwing en innovatie van collectieve inzamelmiddelen. De huidige cocons worden al een groot aantal jaren gebruikt en voor de cocons zijn alternatieven voorhanden (inpandig, ondergronds etc.) die al in veel gemeenten worden gebruikt. -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 1133