vVyvVy Gemeente Breda Registratienr: 13559] RaadsvoorstelDienst/afdeling: FPAW Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/T oelichting Agendapuntnummer 194 Aantal bijlagen: Vergoeden plankosten aan Woonstichting St. Joseph en Stichting Sovak. Omstreeks 1996 verzocht de gemeente Breda de Woonstichting St. Joseph Breda om op de bouwlocatie Voorvang een nieuwbouwplan te ontwikkelen, deels bestemd voor de huisvesting van mensen met een verstandelijke handicap. Met betrekking tot dit onderdeel van het plan, werd bij de verdere planvoorbereiding nauw samengewerkt met de Stichting Sovak. De te ontwikkelen locatie ligt in het bestemmingsplan Brabantpark. Op 27 september 1996 werd door de gemeenteraad van Breda het definitieve bestemmingsplan Brabantpark vastgesteld. Dit bestemmingsplan werd vervolgens op 29 januari 1997 door Gedeputeerd Staten van Noord-Brabant goedgekeurd. Op 21 augustus 1997 heeft de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State het besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant vernietigd en alsnog goedkeuring onthouden aan het raadsbesluit van 27 september 1996. De reden van deze vernietiging was dat de publicatie van de noodzakelijke tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan Brabantpark niet was verschenen in de Staatscourant. In dit kader diende het ontwerp bestemmingsplan andermaal ter visie te worden gelegd, waarbij publicatie van de tervisielegging wel correct diende te geschieden. Naar aanleiding van deze tervisielegging is vooral door de bewoners van de bestaande flatwoningen aan de Voorvang bezwaar gemaakt tegen het nieuwbouwplan van St. Joseph. De bezwaren van de omwonende gaven voor de gemeenteraad 26 maart 1998 voldoende aanleiding om te besluiten de voorschriften in het ontwerpbestemmingsplan Brabantpark te wijzigen. Het reeds ingediende definitief ontwerp diende ingrijpend te worden gewijzigd, waarbij zelfs een deel van de te ont wikkelen nieuwbouw kwam te vervallen. Met betrekking tot de nieuwbouwlocatie Voorvang vond op 1 februari 2000 een hoorzitting plaats bij de Raad van State. Op 13 maart 2000 deed de Raad van State een definitieve uitspraak. Naar aanleiding van deze uitspraak kan worden geconstateerd dat de gemeente Breda in het vervolg van de te doorlopen ruimtelijke ordeningsprocedure andermaal tot een onjuiste inschatting was gekomen terzake het nieuwbouwplan Voorvang. Het ontbreken van het vermelden van de definitieve uiteindelijke bebouwingshoogte leidde andermaal tot vernietiging van eerder genomen besluiten. 1De gemeentelijke vergoeding aan Woonstichting St. Joseph en Stichting Sovak vast te stellen op in totaal 138.000,-. 2. De vergoeding te dekken uit de binnen de algemene reserve, hiervoor geblokkeerde middelen (voorziening renterisico's BWS) en daartoe de begroting van de dienst RME te wijzigen. De uiteindelijke situatie is dat de nieuwbouwontwikkeling op de locatie Voorvang - zoals ingezet door Woonstichting St. Joseph, in samenwerking met de Stichting Sovak - geen doorgang zal vinden. Voor de Woonstichting St. Joseph en de Stichting Sovak betekent dit, dat de inmiddels gemaakte ontwikkelingskosten niet ten laste van de definitieve planrealisatie kunnen worden gebracht en derhalve dekking ontbreekt. Met betrekking tot deze plankosten is een financiële opstelling gemaakt (8 juni 2000). De totale plankosten bedragen voor: Woonstichting St. Joseph Breda 118.800,— Stichting Sovak f 19.200.- Totaal 138.000,- W

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 1169