Gemeente Breda
Raadsbesluit
Registratienr: 14196]
Dienst/afdeling: BEL
De raad van de gemeente Breda
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin
vermelde overwegingen;
gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer en artikel 229, eerste lid, onderdeel a. en b. van de
Gemeentewet
besluit:
vast te stellen de:
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrecht 2001.
Artikel 1
Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
maand: een kalendermaand;
belastingjaar: is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 2
Aard van de belasting en belastbaar feit
1Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel
15.33 van de Wet milieubeheer (Stb. 1994, 80).
2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen
geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens artikel
10.11 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen
geldt.
Artikel 3
Belastingplicht
1De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een
perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.11 van de Wet milieubeheer een verplichting tot
het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
a. degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of
beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;
b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten
gebruike heeft afgestaan.
Artikel 4
Maatstaf en tarief
De belasting bedraagt per perceel, per belastingjaar
1indien het perceel wordt gebruikt door éénpersoonshuishouding
2. indien het perceel wordt gebruikt door meerpersoonshuishouding
Artikel 5
Belastingtijdvak
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar
Artikel 6
Wijze van heffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 7
Ontstaan en beëindiging van de belastingschuld
1De belasting als bedoeld in artikel 2, is verschuldigd bij het begin van het jaar of, zo dit later is bij
de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel
twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang
van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
477,-
576,96