Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 11073]
Dienst/afdeling: JZ
bevoegdheid om de bestemming "Landschappelijke zone (La)" te wijzigen ten behoeve van de
verplaatsing van een deel van het volkstuinencomplex De Moskes te Steenakker.
Inhoudelijke weerlegging zienswijze.
1. Het voorliggend bestemmingsplan "Adriaan Klaassenstraat e.o." is een ontwikkelingsgericht
bestemmingsplan. Het plan is gericht op versterking en vergroting van het landgoed Heilaar.
In de zone op de plankaart aangeduid met "landschappelijk gesloten" is het beleid er op
gericht om door de aanplant van solitaire boomgroepen, houtopstanden en bosschages een
besloten bosrijke sfeer te verkrijgen. In deze zone zijn thans reeds boomgroepen,
houtopstanden en bosschages aanwezig. Een landschap wordt echter niet alleen
gekenmerkt door de aanwezigheid van beplanting, maar evenzeer door bebouwing. In de
zone die op de plankaart als gesloten wordt aangeduid, is thans reeds bebouwing aanwezig
(woningen, kassen, oude varkensstallen en gebouwen waarin thans caravans en boten
gestald worden), is bebouwing aanwezig geweest (kassen) of bestond ingevolge het
bestemmingsplan "Heilaar-Steenakker" planologisch-juridisch de mogelijkheid om
bebouwing (kassen) op te richten. In de zone "landschappelijk open" worden de reeds
bestaande open ruimten gehandhaafd.
Dit onderdeel van de zienswijze is ongegrond.
2. De gemeente heeft indertijd gronden en kassen aangekocht van de families Franken ter
realisering van de woonwijk "Westerpark" en de aanleg van infrastructuur. De vergelijking
die gemaakt wordt en waarbij gesteld wordt, dat het perceel P 237 van de familie Goos op
grond van het bestemmingsplan "Heilaar-Steenakker" dezelfde bestemming
"Landschappelijke zone La" had als de percelen van de families Franken is op zich terecht.
Daarbij wordt echter over het hoofd gezien, dat op de percelen van de families Franken de
aanduiding glastuinbedrijf is aangebracht, ter planologisch-juridische regeling van het op de
percelen aanwezige glastuinbouwbedrijf. Het perceel P 237 van de familie Goos, een open
weiland omringd door bomen en bosschages, kent een dergelijke aanduiding niet. Op het
perceel van de familie Goos mocht, vanwege het behoud, het herstel en de versterking van
de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke waarden, niet gebouwd
worden. De uitvoering van bepaalde werkzaamheden was zelfs gebonden aan een
aanlegvergunning. Gerefereerd wordt aan de privaatrechtelijke overeenkomst die de familie
Goos gesloten heeft met de gemeente Breda en waarin het de verkopers verboden is, zonder
uitdrukkelijke toestemming van de gemeente, het overblijvende voor andere doeleinden te
bestemmen dan wonen. Allereerst moet vermeld worden, dat de familie Goos, samen met
andere eigenaren, percelen en opstallen vrijwillig aan de gemeente te koop heeft
aangeboden. Zij zijn uit volle vrije wil de koopovereenkomst met de gemeente aangegaan.
Zij hebben zich daarbij jegens de gemeente verbonden om het overblijvende deel van hun
eigendom alleen te bestemmen voor wonen. Bestemmen heeft hier de betekenis van
"gebruiken", niet de planologisch-juridische betekenis van "wonen" in de zin, dat er
woningbouw plaats moet kunnen vinden. Overigens is eveneens de familie Goos accoord
gegaan met hetgeen bepaald is in artikel 14 van de overeenkomst: "de verkoper en mede
ondergetekenden zijn er mee bekend, dat de koper het verkochte heeft gekocht teneinde
hierop een nog te ontwikkelen bestemmingsplan te realiseren. Zij zullen geen juridische
stappen ondernemen, waaronder begrepen het maken van bezwaren en het indienen van
geldelijke claims (artikel 49 WRO), tegen de planologische maatregelen die voor dit
bestemmingsplan moeten leiden tot het afgeven van vergunningen etcetera.
Dit onderdeel van de zienswijze is eveneens ongegrond.
3. Het is geenszins de bedoeling om middels deze bestemmingsplanherziening het met de
familie Goos overeengekomen gebruik, wonen, van het overblijvende gedeelte van hun
eigendom weg te bestemmen of onder het overgangsrecht te brengen. Het gebruik van de
overgebleven eigendom ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsactiviteiten is evenwel
contractueel uitgesloten. Door ondertekening van de overeenkomst hebben de verkoper en
-8-