Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 11540] Dienst/afdeling: JZ Kraaijenbergsestraat enerzijds en de aanwezige vrijstaande woningen aan die zijde van de Kraaijenbergsestraat anderzijdswaardoor op het perceel van de familie Bink een te bebouwen perceelsdiepte van circa 15 meter resteert. Een dergelijke bouwdiepte achten wij, gelet op de huidige stedenbouwkundige structuur aan die zijde van de Kraaijenbergsestraat, te gering om daarop een vrijstaande woning te situeren. Het kan niet anders, dan dat daardoor het woongenot van omwonenden wordt aangetast. Deze aantasting van het woongenot kan leiden tot het indienen van planschadeclaims op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Gelet op het vorenstaande achten wij de zienswijze van de familie Bink ongegrond. 3. H.J.M. Meeren, Riekeschot 1, 4851 WB ULVENHOUT. Inhoud zienswijze. De heer Meeren heeft geconstateerd, dat slechts een zeer beperkt deel van zijn achtertuin de bestemming "Woondoeleinden" heeft. In de eerdere bestemmingsplanprocedure is de zienswijze van de heer Meeren door de gemeenteraad van Breda gegrond verklaard en de bestemmingsplankaart aangepast aan zijn opmerking. Zij perceel is altijd een eenheid geweest en dat wenst hij zo te houden. Beoordeling zienswijze. Het gehele perceel van de heer Meeren heeft de bestemming "Woondoeleinden". Er loopt echter een bebouwingsgrens (voorgevelrooilijn) dwars over zijn perceel door zijn achtertuin. Hiervoor is echter geen stedenbouwkundige reden aan te voeren. Het verloop van de bebouwingsgrens is aangepast op de plankaart. Gelet op het vorenstaande achten wij de zienswijze van de heer Meeren gegrond. Consequenties Juridische. Op grond van de Wet op de Ruimtelijke Ordening kunnen degenen die tegen het ontwerp van bestemmingsplan een zienswijze hebben ingediend bij uw gemeenteraad, tegen het vastgestelde besluit schriftelijke bedenkingen indienen bij Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant. ledereen kan schriftelijke bedenkingen indienen tegen de wijziging die uw raad heeft aangebracht bij de vaststelling van het bestemmingsplan. Het betreft hier zowel de ambtshalve wijzigingen als de wijzigingen die zijn aangebracht als gevolg van het gegrond verklaren van een ingediende zienswijze. Tegen het besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant inzake het bestemmingsplan "Woongebied Ulvenhout" is beroep mogelijk op de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Communicatie Reclamanten zullen geïnformeerd worden middels toezending van een afschrift van het raadsvoorstel en - besluit. Commissiebehandeling -5-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 313