Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 11934]
Dienst/afdeling: BEL
Agendapuntnummer 68
Aantal bijlagen:
Betreft:
Wijziging hoofdstuk 5 (bouwvergunningen) tarieventabel belastingjaar 2000, behorende bij de
Legesverordening Breda 1997, in verband met een herziening van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
(WRO).
Met ingang van 3 april 2000 treedt de herziene Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna: WRO) in
werking. In deze wet zijn enkele wijzigingen opgenomen die van belang zijn voor de Legesverordening
(bouwleges). De belangrijkste wijziging betreft artikel 19 WRO (vrijstelling verlenen van een geldend
bestemmingsplan). Met ingang van 3 april 2000 bestaat 'dé artikel 19 procedure' niet meer. Deze
vervallen procedure wordt vervangen door de nieuwe artikel 19, lid 1 WRO-procedure (de zelfstandige
projectprocedure).
Voorts vervalt ook het oude artikel 18a WRO (vrijstelling voor meldingsplichtige bouwwerken).
Hiervoor in de plaats treden artikel 19, lid 2 WRO (de aangewezen projectprocedure) en artikel 19, lid
3 WRO (de algemene vrijstellingsregeling).
Deze wijzigingen leiden tot een aantal nieuwe verwijzingen in hoofdstuk 5 van de Legestabel
belastingjaar 2000 (bouwleges c.a.) waarbij voor begrotingsjaar 2000 geen legesmeeropbrengst wordt
beoogd.
Voorstel
Vast te stellen de Verordening tot wijziging van de 'Legesverordening Breda 1997'
Motivering/Toelichting
Burgemeester en wethouders zijn tot 3 april 2000 bevoegd om 'dé artikel 19 WRO-vrijstelling' te
verlenen. Het nieuwe artikel 19, lid 1 WRO (de opvolger van het huidige artikel 19 WRO) legt die
bevoegdheid bij de gemeenteraad. De gemeenteraad kan deze vrijstellingsbevoegdheid (al dan niet
onder voorwaarden) aan burgemeester en wethouders delegeren.
Hieronder volgt een korte inhoudelijke toelichting op het nieuwe artikel 19 WRO.
Artikel 19, lid 1: de zelfstandige projectprocedure
De gemeenteraad (of burgemeester en wethouders krachtens delegatie) kan vrijstelling verlenen van
het geldende bestemmingsplan mits het een project betreft dat voorzien is van een goede ruimtelijke
onderbouwing en vooraf van Gedeputeerde Staten (GS) een verklaring van geen bezwaar is
ontvangen. De gemeente geeft zelf aan voor welke projecten zij deze procedure wil toepassen.
Vrijstelling kan alleen worden verleend indien het een actueel bestemmingsplan betreft (niet ouder
dan 10 jaar). Is het bestemmingsplan ouder dan 10 jaar, dan kan vrijstelling worden verleend mits de
gemeente vrijstelling van de herzieningsplicht heeft gekregen, een ontwerpbestemmingsplan ter
inzage is gelegd of een voorbereidingsbesluit is genomen.
Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling van het geldende bestemmingsplan verlenen voor
door de provincie (GS) aangewezen categorieën van gevallen. GS kunnen daarbij tevens bepalen
onder welke omstandigheden vooraf een verklaring van geen bezwaar nodig is.
Inleiding
Artikel 19, lid 2: de aangewezen projectprocedure
-1-