Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 11568] Dienst/afdeling: BRUITV Zorgplicht riolering De gemeente Breda heeft volgens de wet Milieubeheer de zorgplicht voor de doelmatige inzameling en het doelmatige transport van afvalwater. De zorgplicht betekent dat de gemeente zich een oordeel moet vormen over het al dan niet aanleggen van riolering bij niet op de riolering aangesloten panden. Het betreft dan met name niet aangesloten panden in het buitengebied. De provincie houdt op deze zorgplicht het toezicht doordat zij vrijstelling kan verlenen voor panden die niet behoeven te worden aangesloten (zgn. ontheffing van de zorgplicht). Hierbij wordt een afweging gemaakt tussen het milieuhygiënische nut van de aanleg en de aanlegkosten van de riolering. Het is niet de bedoeling dat de provincie bepaalt waar wel of niet riolering wordt aangelegd. De verantwoordelijkheid van dit beheer berust bij de gemeente. Als er door de gemeente géén riolering wordt aangelegd dient de lozer volgens de geldende regelgeving zelf een individueel zuiveringssysteem (IBA) te realiseren. Een zgn. IBA is in feite een mini zuiveringsinstallatie, die voorwat betreft de verschijningsvorm te vergelijken is met de beerput van destijds. Het staat de gemeente vrij de lozer en/of de eigenaar van het desbetreffende pand financieel of anderszins te ondersteunen. Afwegingskader basisinspannino Het provinciaal bestuur van Noord-Brabant heeft beleid ontwikkeld om de gemeentelijke zorgplicht voor de doelmatige inzameling en het doelmatige transport van afvalwater "handen en voeten" te geven. Dit beleid staat bekend als de basisinspanning van de gemeente. Deze basisinspanning is van financiële aard en hangt af van de kwetsbaarheid van de gebieden (waaronder oppervlaktewateren) ten opzichte van de schadelijkheid en de omvang van de lozingen van de desbetreffende niet- aangesloten panden. Voor alle duidelijkheid gaat het hierbij om kleine(re) lozingen vanuit woningen of kleine(re) bedrijfslozingen van huishoudelijke aard. De lozingen van b.v. woonschepen en grote(re) bedrijven vallen onder een andere regeling. Voor het oplossen van deze problematiek worden andere trajecten gevolgd. Voorwat betreft de basisinspanning onderscheidt de Provincie binnen de gemeente Breda een twee-tal gebieden te weten: Aandachts- of waterwingebieden: dit zijn de gebieden zoals bijv. Vrachelse heide, Hartel en de zuidelijke stroomgebieden van de Mark en de Aa- of Weerijs, (zgn. Groene Hoofdstructuur). Als basisinspanning geldt hier de aanleg van riolering tot een bedrag van maximaal f 32.400,- per aan te sluiten pand (woning of klein(er) bedrijf). Niet bijzondere gebieden: dit is al het agrarisch of overige buitengebied. Als basisinspanning geldt hier de aanleg van riolering tot een bedrag van maximaal f 15.100,- per aan te sluiten pand (woning of klein(er) bedrijf). Voor bepaalde aandachtsgebieden wordt door de Provincie subsidie verleend in de aanlegkosten (maximaal f 8.600,- subsidie per pand). Als voorwaarde geldt hierbij dat de ongezuiverde lozing van het pand dan uiterlijk in 2002 moet zijn beëindigd. De hierbovengenoemde bedragen hebben alleen betrekking op de kosten van aanleg van riolering voor het gemeentelijke openbare gedeelte. De kosten van aanleg van rioleringen op particulier terrein zijn hierbij niet inbegrepen. Categorieën niet aangesloten panden In de gemeente Breda kan de problematiek van niet gedoleerde panden worden onderverdeeld in een 3-tal categorieën, te weten: -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 397