Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 11772]
Dienst/afdeling: BRBB
Doel en hoofdlijnen aebiedsplan Buitengebied
Het plan bevat een meerjarenvisie en strategie voor het beheer en onderhoud van het
buitengebied. De visie en de strategie zijn het kader voor de uitvoering van het beheer en
onderhoud. In dit gebiedsplan is op basis van de omgevingsanalyse, visie en beheerstrategie een
verantwoorde afstemming gemaakt tussen de gewenste duurzame kwaliteit en functionaliteit
en het daarvoor benodigde beheer.
Visie en beheerstrategie
Bij het beheer van het buitengebied staan de functies en belangen van het gebied centraal:
bij recreatie ligt de nadruk op bereikbaarheid, veiligheid en reiniging;
bij natuur en landschap wordt rekening gehouden met natuurlijke processen;
voor de landbouw worden randvoorwaarden geschapen voor bedrijfsvoering
(bereikbaarheid, distelbestrijding).
De visie is te realiseren door gebruik, inrichting en beheer van het buitengebied.
Voor al deze activiteiten is communicatie van essentieel belang. Allereerst worden in overleg
met belanghebbenden de prioriteiten gesteld met betrekking tot inrichting, beheer en gebruik.
Daarnaast wordt ook door informatieverstrekking en participatie draagvlak gecreëerd.
Tevens wordt structureel overlegd met andere terreinbeheerders.
Het gebruik en de inrichting van de verschillende gronden worden gericht op de functie van de
gronden en de functie van de omgeving. Kleine inrichtingsmaatregelen worden meegenomen
bij het beheer. Verdergaande inrichtingsmaatregelen worden geïnitieerd door de dienst RME en
vallen derhalve buiten de context van dit gebiedsplan.
Naast preventieve inrichtingsmaatregelen wordt, als sluitstuk, door middel van regulering en
handhaving voorkomen dat gebruik en inrichting in strijd zijn met de functie van het element
en/ of het gebied. Dit wordt getoetst aan verschillende juridische kaders zoals bestemmingsplan,
A.P.V., milieuwetgeving, etc. De uitvoerende handhavingstaken zijn verdeeld over de diensten
SB en RME. De taken van de dienst SB zullen worden uitgewerkt in het gebruiksplan Regulering
en Handhaving (voorjaar 2000). Specifieke uitwerking voor het buitengebied vindt plaats in de
deelnota Buitengebied die gepland staat voor 2001.
Het beheer is onder te verdelen in vier categorieën
beheer van gemeentelijke gronden, inclusief kleine inrichtingsmaatregelen
In het buitenruimteplan wordt een negental elementen onderscheiden. In het gebiedsplan
wordt het beheer van het gebied op hoofdlijnen vastgesteld. De nadere uitwerking van het
beheer van de elementen vindt plaats in de elementplannen. De belangrijkste elementen in
het buitengebied zijn: openbaar groen (waaronder bomen en de ecologische
groenstructuur), verharding, openbare verlichting, riolering, civieltechnische kunstwerken en
verkeersvoorzieningen.
Het beheer van de gemeentelijke elementen wordt afgestemd op de functie van het
element en het gebied.
Belangrijkste accenten bij het beheer van de elementen zijn:
Openbaar groen
Het beheer van het groen wordt geëxtensiveerd. Als belangrijkste randvoorwaarde geldt
hierbij dat de (verkeers-)veiligheid niet in het geding komt. Ook geldt dat deze
extensivering in de ecologische groenstructuur niet ten koste mag gaan van de ecologie
en van het beeld in het algemeen.
Verharding
Het groot onderhoud van de wegen wordt structureel opgepakt. Dit betekent dat de
benodigde jaarlijkse exploitatiebudgetten ten behoeve van het dagelijkse beheer en het
klein onderhoud kunnen worden verlaagd terwijl de kwaliteit van de wegen op een
aanvaardbaar niveau worden gebracht.
-2-