Verordening Begeleidingscommissie Wvg Artikel 1 Doelstelling De Begeleidingscommissie heeft als doel een bijdrage te leveren in het streven om de specifieke behoeften en belangen van de Bredase burgers die aangewezen zijn op woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen en rolstoelen op grond van de door de gemeente uit te voeren Wet voorzieningen gehandicapten zo goed mogelijk tot hun recht te laten komen in de voorbereiding, vaststelling en uitvoering van het gemeentelijk beleid. Artikel 2 Taken 1. De Begeleidingscommissie heeft tot taak het geven van gevraagd en ongevraagd advies aan: a. het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad van Breda over de invoering en de uitvoering van gemeentelijk beleid op grond van en in relatie tot de Wet voorzieningen gehandicapten; b. de vakdirecteur Sociale Zaken betreffende de (wijze van) uitvoering van de Wet voorzieningen gehandicapten. 2. De Begeleidingscommissie vervult zijn adviesfunctie met inachtneming van zijn doelstelling en het bepaalde in deze verordening. Artikel 3 Samenstelling en benoeming 1De Begeleidingscommissie bestaat uit maximaal vijf leden. 2. De leden moeten: a. in de gemeente Breda wonen; b. lid zijn van de organisatie door wie zij zijn voorgedragen, behalve in de gevallen waarin dit nadrukkelijk uitgesloten is; 3. De leden worden door burgemeester en wethouders benoemd uit een schriftelijke voordracht aan burgemeester en wethouders. Voor ieder te benoemen lid worden twee personen voorgedragen. Het niet benoemde lid functioneert als plaatsvervangend lid. 4. De volgende organisaties zijn bevoegd een voordracht als bedoeld in het derde lid te doen voor het per organisatie aangegeven aantal leden van de Begeleidingscommissie; a. Bredaas centrum gehandicaptenbeleid voor drie leden; b. Overleg Ouderen Beleid voor een lid; c. Gezamenlijk Overleg Bredase Ouderenbonden voor een lid; 5. Het lidmaatschap van de Begeleidingscommissie is niet verenigbaar met het lidmaatschap van: a. de gemeenteraad; b. een andere door het gemeentebestuur van Breda ingestelde bestuurscommissie. 6. Burgmeester en wethouders delen de betrokkene schriftelijk mee, dat hij is benoemd tot lid van de Begeleidingscommissie. De benoemde deelt binnen 14 dagen aan burgemeester en wethouders mee, of hij de benoeming aanvaardt. Niet reageren betekent daarbij niet accepteren van de benoeming. Van de aanvaarding stellen burgemeester en wethouders de Begeleidingscommissie in kennis. 7. Het tweede, vijfde en zesde lid is van overeenkomstige toepassing op de plaatsvervangende leden. 8. Artikel 10 en 13 van de Gemeentewet zijn overeenkomstig van toepassing voor de leden van de commissie. Artikel 4 Voorzitter De Begeleidingscommissie kiest uit zijn midden een voorzitter, vice-voorzitter en secretaris en doet daarvan mededeling aan burgemeester en wethouders. Artikel 5

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 458