Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 12366] Dienst/afdeling: CM Agendapuntnummer 90 Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting Aantal bijlagen: 1 Audit 'Doeltreffendheid van werkgelegenheidsprojecten'. Sinds 1996 wordt in Breda het instrument audit gehanteerd door de rekeningscommissie. Het is bedoeld om dieper in te gaan op een bepaald onderdeel van het gemeentelijk handelen. Een extern bureau onderzoekt, beschrijft de huidige situatie, trekt conclusies en doet aanbevelingen voor verbetering. Het uiteindelijke doel is te leren van de uitkomsten en daarmee verbetering aan te brengen in de bestaande praktijk. De twee tot nu toe gehouden audits betroffen onderwerpen met een hoofdzakelijk beheersmatig karakter, t.w. de voorbereidingskosten van (grote) investeringsprojecten én de kostentoerekening aan producten waarvoor publiekrechtelijke tarieven worden geheven. Het nu door K+V organisatieadviesbureau gehouden onderzoek naar de doeltreffendheid van werkgelegenheidsprojecten kent veel meer beleidsmatige aspecten. Om die reden is het eindrapport van dit onderzoek voor wat betreft de inhoudelijke bevindingen en aanbevelingen eerst aan de orde gesteld in een vergadering van de commissie SAW. Het verslag van die vergadering is voor u ter inzage gelegd. Daarna heeft de rekeningscommissie het rapport besproken en geadviseerd zoals u hierna wordt voorgesteld. Een meer uitgebreide beschrijving van dit advies kunt u lezen in het eveneens voor u ter inzage concept-verslag van 18 april jl. 1Kennis te nemen van het eindrapport van K V over de doeltreffendheid van werkgelegenheidsprojecten in Breda; 2. Burgemeester en wethouders te vragen: a) onder verwijzing naar de aanbevelingen uit de audit de komende jaren in de maraps en jaarverslagen van de dienst SAW expliciet verslag te doen van de effectiviteit van het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid; b) daarbij tevens expliciet te rapporteren over de mate waarin de informatievoorziening van de negen onderzochte projecten inmiddels op het gewenste peil is; c) een systematiek te ontwikkelen waarbij voor alle werkgelegenheidsprojecten effectdoelstellingen in plaats van inspanningsdoelstellingen worden vastgelegd. K+V heeft naar aanleiding van het onderzoek een algemene conclusie getrokken over de doeltreffendheid én een aantal knelpunten geconstateerd. Aan de hand hiervan heeft K+V de aanbevelingen opgesteld. De integrale tekst hiervan kan worden aangetroffen in de hoofdstukken 3 en 4 van het eindrapport. Het volledige eindrapport ligt ter inzage*. De dienst SAW heeft een reactie gegeven op de aanbevelingen. Deze reactie is opgenomen in collegevoorstel 9373* en heeft een belangrijke rol vervuld in de bespreking in de commissie SAW. Samengevat onderschrijft de commissie de regierol van de gemeente en is zij benieuwd naar de voortgang van de al in gang gezette verbeteringen. De rekeningscommissie heeft met voldoening kennis genomen van de aandacht voor de audit in de commissie SAW. Vervolgens heeft zij zich ter voorbereiding op haar advies aan de gemeenteraad beraden op de rol, positie en inhoud van de rekeningscommissie. In de commissie lijkt draagvlak aanwezig voor een ontwikkeling van een rekenkamerfunctie, maar afgesproken is dat hierover pas in de tweede helft van dit jaar voorstellen uitgewerkt zullen worden. De periode rond de zomer zal dan gebruikt kunnen worden voor een verdere discussie over deze ontwikkeling. Daarbij zullen vragen aan de orde komen als: wie kiest het onderwerp, wie stelt de opdrachtformulering op en zijn we in staat om het instrument zijn waarde te laten tonen? Na het maken van deze afspraak is besloten om aan het college-advies twee vraagpunten toe te voegen; één betreffende de informatievoorziening van de negen onderzochte projecten en één om te komen tot een systeem waarbij aan projecten effectdoelstellingen i.p.v. inspanningsdoelstellingen worden gekoppeld, teneinde een beter oordeel te kunnen vormen over de doeltreffendheid van die projecten. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 470