3. ALGEMENE CONCLUSIE EN KNELPUNTEN
3.1 Algemene conclusie doeltreffendheid
Op basis van de audit en onze projectbeschrijvingen in het bijlagenboek kan een groot aantal
conclusies worden getrokken. Wat de doeltreffendheid betreft willen wij een algemene conclusie
trekken. De projecten voldoen in het algemeen aan de doelstellingen die binnen de projecten expliciet
of impliciet worden gehanteerd. De beschikbare capaciteit binnen het Melkert-3 project wordt echter
niet volledig benut. Daarnaast is in 1996 de uitstroomnorm naar regulier werk binnen de Regionale
stichting voor Werk en Scholing voor deelnemers ouder dan 24 jaar niet gehaald. Inzicht in de
doorstroom- en uitstroomcijfers voor 1997 en 1998 kunnen op basis van het ons ter beschikking
gestelde schriftelijke materiaal niet worden achterhaald.
De doelstellingen zijn over het algemeen binnen de projecten geformuleerd en het is niet duidelijk
waar het ambitieniveau van de doelstellingen op gebaseerd is. De projecten sluiten aan bij de
individuele korte termijn doelstellingen van de deelnemers waar wij mee gesproken hebben. Hoewel
deze deelnemers niet representatief zijn voor de gehele doelgroep formuleren zij wel een aantal
succesfactoren voor de projecten.
Knelpunten bij het bepalen van de doeltreffendheid zijn:
het ontbreken van gegevens op basis waarvan de doelbereiking op lange termijn kan worden
gemeten;
het beperkte inzicht in de motieven van "uitvallers" voor het verlaten van de projecten.
3.2 Knelpunten
Ln het bijlagenboek zijn de knelpunten (in de uitvoering) per project beschreven. In deze paragraaf
beperken wij ons tot de meer algemene knelpunten d'ie door meerdere interviewpartners in de audit
zijn aangedragen.
1De regierol van de gemeente is te beperkt. Dit uit zich onder meer in onduidelijke doelstellingen
(ambitieniveau) ten aanzien van de projecten en onduidelijke criteria voor de start van nieuwe
projecten. Tijdens de uitvoering van de audit hebben wij ervaren dat de informatievoorziening over
de projecten sterk kan worden verbeterd. Verder bestaat de indruk dat bij de start van nieuwe
projecten onvoldoende wordt gekeken naar mogelijkheden om deze onder te brengen bij bestaande
organisaties.
2. Mede door de beperkte regierol van de gemeente ontbreekt ook een "samenwerkingsoverieg" van
partijen die betrokken zijn bij arbeidsmarkt- en activeringsbeleid. Hierdoor vindt weinig beleidsma
tige uitwisseling en overleg plaats tussen de verschillende projecten. Dit overleg wordt wel als
actiepunt aangekondigd in de nota arbeidsmarktbeleid maar hier is nog geen actie op ondernomen,
terwijl hier binnen de projecten wel een sterke behoefte aan bestaat.
3. De evaluatie van de effecten van de projecten op lange termijn is op basis van de beschikbare
gegevens niet mogelijk. Daarnaast is een evaluatie, van bereikte resultaten met middelen die
worden ingezet door de gemeente Breda, moeilijk omdat de gegevens van deelnemers die worden
gefinancierd door de gemeente Breda niet altijd worden uitgesplitst.
Eindrapportage. Audit: Doeltreffendheid van werkgelegenheidsprojecten
GBA.09
pagina a