Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 12503] Dienst/afdeling: JZ leiden tot een uitbreiding van de bebouwing ter plaatse. In die situatie is immers sprake van een verdere verstening van het buitengebied. Met het oog op dit provinciaal beleid is op de locatie aan de Overveldsestraat 24 geen handel in vee en vlees mogelijk, omdat hiertoe de bebouwing niet toereikend is. Een handel in vlees en een agentschap voor partyservice zijn functies die niet aan het buitengebied gebonden zijn. Dit zijn detailhandelsactiviteiten. Een vrijgekomen agrarische bedrijfslocatie mag alleen onder stringente voorwaarden hergebruikt worden voor niet aan het buitengebied gebonden bedrijvigheid. Een van deze voorwaarden heeft betrekking op de uitoefening van detailhandel. Detailhandel is alleen toegestaan als ondergeschikte nevenactiviteit. Gelet op het vorenstaande kan het verzoek van de heer Rutten niet worden gehonoreerd. D. Brouwer Michielsen Van Noort Gassier Co, Parkstraat 6, 4818 SJ Breda, namens de heer M. Sins, Zanddreef 19, 4841 LC Prinsenbeek. Inhoud zienswijze. De heer Sins oefent aan het adres Zanddreef 19 te Prinsenbeek een vishandel uit. De voormalige gemeente Prinsenbeek heeft de heer Sins een vergunning ingevolge de Wet Milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een vishandel. Verzocht wordt om een positieve bestemming van deze onderneming in het buitengebied. Beoordeling zienswijze. In het vigerende bestemmingsplan "Buitengebied" van de voormalige gemeente Prinsenbeek heeft het perceel aan de Zanddreef 19 de bestemming "Agrarisch bouwblok". De gemeente Breda beschouwt het perceel aan de Zanddreef 19 als een vrijgekomen agrarische bedrijfslocatie in een bebouwingsconcentratie. Indien in een bebouwingsconcentratie een agrarische bedrijfslocatie vrijkomt door bedrijfsbeëindiging, sanering in redelijkheid niet kan worden verlangd en herbezetting met een agrarisch bedrijf of een andere aan het buitengebied gebonden activiteit niet mogelijk is, dan kan de gemeente overwegen op deze locatie een niet aan het buitengebied gebonden bedrijfsactiviteit toe te laten. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: in opzet en ontwikkelingsperspectief dient de activiteit kleinschalig te zijn, met in beginsel slechts enkele werknemers; het gaat om het uitoefenen van ambachtelijke of aan huis gebonden beroepen of activiteiten die qua aard hiermee vergelijkbaar zijn; indien het om inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer gaat, dan mag het in beginsel slechts inrichtingen betreffen die behoren tot de categorieën 1 en 2 van de lijst van bedrijfstypen, opgenomen in de uitgave Bedrijven en milieuzonering van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten; detailhandel is slechts toegestaan als ondergeschikte nevenactiviteit; publieksgerichte voorzieningen zijn niet toegestaan; de oppervlakte van de bedrijfsgebouwen mag ten hoogste 400 m2 bedragen, overtollige gebouwen dienen te worden gesloopt; de oppervlakte van bedrijfsgebouwen kleiner dan 400 m2 mag niet worden vergroot; buitenopslag is niet toegestaan; de cultuurhistorische, landschappelijk of natuurlijke waarden mogen geen geweld worden aangedaan; de agrarische ontwikkelingsmogelijkheden van nabijgelegen bedrijven mogen niet worden beknot. Het opnemen van de bestemming "vishandel" op het perceel Zanddreef 19 verdraagt zich niet met het bovenstaande provinciale ruimtelijke beleid. Een detailhandelsbestemming aan de Zanddreef 19 zou immers ter plaatse de directe verkoop van vis, visproducten en producten met vis mogelijk maken. Dit zou leiden tot een publieksaantrekkende werking. Gelet op het feit, dat de voormalige gemeente Prinsenbeek een vergunning ingevolge de Wet Milieubeheer heeft afgegeven voor het bewerken en opslaan van vis, en het hier een kleinschalige activiteit betreft. -5-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2000 | | pagina 736