m
Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 12503]
Dienst/afdeling: JZ
In tegenstelling met het advies van de provincie is de gemeente van mening dat ook de
bestaande glastuinbouwbedrijven binnen de stadsregio mogen uitbreiden tot 3,5 ha exclusief
wonen.
Wij onderschrijven het beleid van de provincie dat binnen de stadsregio bijzondere regels gelden
tot het agrarisch vestigingsbeleid. Nieuwvestiging van en omschakeling naar
glastuinbouwbedrijven binnen de stadsregio is in strijd met het uitwerkingsplan stadsregio
Breda. Binnen de stadsregio ligt het primaat bij de stedelijke functies; geopteerd wordt in deze
gebieden alleen voor een autonome ontwikkeling in casu verdere ontwikkeling van bestaande
vollegrondsgroenteteeltbedrijven.
Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat het KB van 2 augustus 1997 inzake het
bestemmingsplan "Buitengebied" Breda zonder het uitwerkingsplan stadsregio Breda als nadere
uitwerking van het streekplan tot stand is gekomen.
Dit onderdeel van de zienswijze van de Bredase afdeling van ZLTO is ongegrond.
Teeltondersteunende voorzieningen
Wij hebben gekozen voor de systematiek zoals deze is weergegeven in de handleiding
bestemmingsplan buitengebied (maart 1996 art. 8.12.2 en art. 8.12.3) opgesteld door de
provincie. Conform deze handleiding dient bij teeltondersteunende voorzieningen de
navolgende planologische regeling plaats te vinden:
1. Tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen (max.hoogte 0,50 meter).
In het gebied met de bestemming "Agrarisch gebied" is het aanbrengen van deze tijdelijke
voorzieningen zonder meer toegestaan. Met tijdelijk wordt de periode van maximaal 8
maanden bedoeld van maart tot oktober.
2. Tijdelijke menstoegankelijke teeltondersteunende voorzieningen (hoger dan 0,50 meter).
Aangezien de kassen en tunnels gebouwen betreffen, is de regeling ondergebracht bij de
bebouwingsregeling per bestemming. In het algemeen geldt dat ondersteunende
voorzieningen zoveel mogelijk moeten aansluiten bij de bestaande bebouwing van het
betreffende bedrijf.
In het gebied met de bestemmingen "agrarisch gebied" en "Agrarisch gebied met
landschappelijke waarden" is het aanbrengen van deze tijdelijke voorzieningen buiten het
bouwvlak mogelijk via vrijstelling.
3. Permanente menstoegankelijke teeltondersteunende voorzieningen.
In het gebied met de bestemmingen "Agrarisch gebied" en "Agrarisch gebied met
landschappelijke waarden" is het aanbrengen van deze permanente voorzieningen onder
voorwaarden slechts toegestaan binnen het "Agrarisch bouwvlak" en "Agrarisch bouwvlak
A".
Dit onderdeel van de zienswijze is ongegrond.
14. C.P.A. van Bavel, Zanddreef 4, 4839 AX Breda;
Inhoud zienswijze.
De heer Van Bavel exploiteert een vollegrondstuinbouwbedrijf aan de Zanddreef in Breda.
Hoewel zijn bedrijf buiten de grenzen van het bestemmingsplan valt maakt hij bezwaar tegen
de strook grond die op de plankaart is ingetekend voor natuurontwikkeling. De breedte van de
strook zal gevolgen hebben voor de bestemming van zijn gronden in een toekomstig
bestemmingsplan "Buitengebied Breda". Hij vreest planologische schaduwwerking. Zijn verzoek
is de strook grond te versmallen tot maximaal 100 meter breedte.
-18-