m
Bijlage 4 Beleidsregeling
De burgemeester van Breda en het college van burgemeester en wethouders van Breda, ieder voor zover
het hun bevoegdheden betreft,
Gelet op het bepaalde in artikel 162 en 174 van de Gemeentewet,
Overwegende dat het gewenst is beleidsregels als bedoeld in artikel 4.81 van de Algemene wet
bestuursrecht vast te stellen ter bescherming van de in artikel 69E genoemde belangen en beleidsregels
vast te stellen in verband met de uitoefening van de bevoegdheid ex artikel 69, tweede lid van de APV.
Artikel 1
In de gemeente Breda zijn maximaal 10 seksinrichtingen gevestigd, waarvan maximaal 6
prostitutiebedrijven (al dan niet in combinatie met een andere seksinrichting) en 5 overige seksinrichtingen
(niet in combinatie met een prostitutiebedrijf) worden gevestigd
Artikel 2
Bedrijven, waar prostitutie plaatsvindt mogen niet worden gevestigd in:
A. woonstraten, waaronder in dit verband wordt verstaan: "alle voet- en rijstraten, wegen, lanen,
kaden, hofjes, woonerven en pleinen, waaraan bebouwing is gelegen, die uitsluitend of in
belangrijke mate dient ter bewoning."
B. straten, niet zijnde straten als bedoeld onder a, waar sprake is van een concentratie van
recreatie-inrichtingen of anderszins het woon- en leefklimaat c.q. de openbare orde belastende
activiteiten (winkelstraten hieronder begrepen).
C. locaties naast winkels.
D. die locaties die liggen binnen een afstand van 300 meter hemelsbreed van een andere
seksinrichting. Indien hierbij sprake is van een "natuurlijke barrière", zoals een spoorlijn, singel,
snelweg, kruispunt of talud mag de afstand korter zijn.
Artikel 3
Aan een vergunning voor seksinrichtingen, waar prostitutie plaatsvindt worden de volgende voorschriften
verbonden:
1Voorschriften ter bevordering van de gezondheid:
a. de exploitant dient de verpleegkundige/arts van de GGD toegang te verlenen voor het
geven van voorlichting over seksueel overdraagbare aandoeningen (soa's) en andere
beroepsrisico's;
b. de exploitant dient er zorg voor te dragen dat er voldoende voorlichtingsmateriaal over
soa's beschikbaar is, in ieder geval in verschillende talen;
c. de exploitant is verantwoordelijk voor het in voldoende mate aanwezig zijn van wettelijk
goedgekeurde condooms in het bedrijf en in de werkkamers;
d. de exploitant dient de prostituees in staat te stellen zich regelmatig te laten controleren
op soa's;
e. indien aan het prostitutiebedrijf een vaste arts verbonden is, worden naam en adres van
deze arts aan de GGD bekend gemaakt;
f. de prostituee kiest zelf de arts die het soa onderzoek verricht en mag niet gedwongen
worden gebruik te maken van de clubarts;
g. de uitslag van het onderzoek valt onder het medisch beroepsgeheim in het kader van de
wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst;
h. de frequentie van het onderzoek wordt door de prostituee bepaald, i.o.m. de arts.
2. voorschriften ter bevordering van de hygiëne:
a. de werkkamers en sanitaire voorzieningen dienen te allen tijde in een zintuiglijk schone
staat te verkeren;
b. in iedere werkkamer dient vloeibare zeep aanwezig te zijn, (bij voorkeur) papieren
handdoekjes en een afvalbak;
30