16.2
15.2
In overleg met de toetredende gemeente regelt het dagelijks bestuur de voorwaarden
waaronder toetreding tot de regeling mogelijk is.
15.3
Het dagelijks bestuur zal de financiële gevolgen van de toetreding in beeld brengen en
deze ter instemming toezenden aan de deelnemende gemeenten.
15.4
De gemeenten zullen hun besluit binnen dertig dagen na ontvangst van het verzoek
om instemming schriftelijk aan het dagelijks bestuur kenbaar maken. De instemming
zal niet zonder redelijke grond worden geweigerd.
15.5
De toetreding treedt in werking terstond nadat de daartoe strekkende besluiten van de
onderscheiden bestuursorganen van een gemeente zijn ingeschreven in de registers als
bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen tenzij het besluit een
latere datum aangeeft.
Uittreding
Artikel 16
16.1
Een deelnemende gemeente kan uittreden door toezending aan het algemeen bestuur
van een daartoe strekkend besluit van de onderscheiden bestuursorganen van de
gemeente. Er geldt een opzegtermijn van een kalendeijaar.
Het dagelijks bestuur doet een voorstel aan de raden van de deelnemende gemeenten
over de financiële verplichtingen alsook over de overige gevolgen van de uittreding.
Tenminste twee/derde van het aantal gemeenten dient daarmee in te stemmen.
16.3
De uittreding treedt in werking terstond nadat de daartoe strekkende besluiten van de
onderscheiden bestuursorganen van een gemeente zijn ingeschreven in de registers als
bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen tenzij het besluit een
latere datum aangeeft.
Regeling Milieu en Afvalverwijdering Regio Breda
9