Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 13152]
Dienst/afdeling: PROJ
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Agendapuntnummer 168
Aantal bijlagen:
Hoofdlijnennotitie 'Naar een nieuw accommodatiebeleid'.
In de Stadsvisie 1999-2005 is onder meer vastgelegd dat voorzieningen voor iedereen bereikbaar
en beschikbaar moeten zijn. De onderhavige hoofdlijnennotitie benadrukt dit standpunt nog
eens in die zin dat in de notitie als uitgangspunt is opgenomen dat welzijnsaccomodaties in
principe voor een ieder toegankelijk moeten zijn. Daarnaast sluit de notitie ook aan bij het
districtsgewijs werken doordat in de notitie als uitgangspunt is opgenomen dat de door de
gemeente opgestelde districtsprogramma's als leidraad fungeren voor het gebruik van de
welzijnsaccommodaties.
In mei 2000 heeft het college besloten de hoofdlijnennotitie 'Naar een nieuw
accommodatiebeleid' vrij te geven voor bespreking in de betrokken raadscommissie SAW en
voor in de stad te houden inspraakbijeenkomsten voor belanghebbenden. De overgrote
meerderheid van de leden van de raadscommissie SAW stond positief tegenover de
hoofdlijnennotitie. Van de inspraakgelegenheid werd door circa 25 bezoekers per bijeenkomst
gebruik gemaakt. Alle bijeenkomsten kenden overigens een identiek programma: een korte
inleiding en vervolgens gelegenheid tot inspreken en het stellen van vragen.De verslagen van
deze bijeenkomsten liggen ter inzage.
Van de gelegenheid tot schriftelijk reageren maakten vier organisaties gebruik waarvan een kan
worden beschouwd als een nadere schriftelijke onderbouwing van wat al mondeling werd
ingebracht. Na de officiële inspraaktermijn, die sloot op 4 juli 2000, werd nog een gezamenlijke
reactie ontvangen van de vier grote welzijnsinstellingen, COKB, IMW, SOB en Vertizontaal,
alsmede van INCOM.
In de commentaarnota wordt aandacht besteed aan alle inspraakreacties.
Instemmen met de hoofdlijnennotitie "Naar een nieuw accommodatiebeleid'.**)
Motivering/Toelichting
In zijn algemeenheid kan worden geconcludeerd dat wordt ingestemd met de uitgezette
hoofdlijnen.
Positief werd gereageerd op de splitsing van accommodatiebesturen in twee groeperingen: zij
die wel en zij die geen spilfunctie willen vervullen bij de uitvoering van het gemeentelijke
welzijnsbeleid. Ook het in te richten ondersteuningspunt voor de accommodatiebesturen werd
als een positieve opntwikkeling beschouwd.
Een punt van discussie was de toepassing van de functiescheiding binnen accommodaties. Met
name Vertizontaal vroeg zich, als belanghebbende organisatie, af wat daarvan de meerwaarde
zou zijn. Met deze instelling is daarop separaat overleg gevoerd over deze materie.
Algemene eensgezindheid bestaat er over het uitgangspunt dat een accommodatie tot doel
heeft ruimte te bieden aan activiteiten en dat het instandhouden geen doel op zich is.
Verder is men algemeen van mening dat de accommodaties goed moeten functioneren en open
moet zijn op momenten dat daar behoefte aan is. Twijfels werden er geuit met betrekking tot
het tijdig als leidend instrument gereed zijn van de districtsprogramma's.
In beginsel was er niet zozeer discussie over het doel dat bereikt moet worden, te komen tot
goed faciliterende accommodaties, maar veel meer over de te volgen route. De verschillen van
mening tussen de insprekers spitsten zich daarbij met name toe op de functies en rollen binnen
de accommodaties en de bevoegdheden van accommodatiebesturen en gebruikers.
Regelmatig werden daarbij op- en aanmerkingen geplaatst die nog niet in deze maar wel in een
volgende fase aan bod zullen kunnen komen. De relevante opmerkingen zullen in het verdere
traject worden meegenomen. Dit geldt eveneens voor de talrijke opmerkingen die betrekking
-1-